bouwmeesteroppad.reismee.nl

Camper-reis voorjaar 2014 (2) Hongarije Slowakije Polen

Voorjaarsreis 2014 deel 2

Hallo allemaal, we zijn inmiddels al weer ruim 4 weken op pad! Ook als je reist gaat de tijd vlug.. Aanstaande dinsdag gaan we Gert’s vogelmaten ontmoeten in de omgeving van Eger. Ze blijven een week en dat zal zoals gebruikelijk wel weer gezellig gaan worden. Zij gaan er dan dagelijks op uit om vogels te spotten. Ik ga dan genieten van een weekje rust! Althans overdag….

We arriveerden daar op vrijdag op Oazis Tanya bij Theo en Tineke www.oazistanya.com Meteen hadden we een gezellige welkomstborrel met T en T en twee stel Hollandse buren. Zaterdagmorgen zaten we net aan het ontbijt toen Tineke ons uitnodigde om mee te gaan naar de markt in Kiskunhalles. Gezellig. Dat is een kleine markt met voornamelijk groenten en fruit. Allemaal kleine stalletjes, de meeste van mensen die spullen uit hun eigen moestuin verkochten. Toen we het verse spul binnen hadden wees Tineke ons de plaats waar ze de aller-lekkerste koffie van Kiskunhalles schenken. Dit bleek een heel gezellig zitje in een boekenwinkel. We hebben dat al meer gezien in Hongarije. Misschien is dat ook een oplossing voor de boekenwinkels in Nederland??? We namen een bakkie en we kletsen gezellig… we namen nog maar een bakkie en kletsten gezellig verder en toen we weer helemaal bijgekletst waren reden we terug naar de camping.

We kregen het paasgevoel doordat op 1e paasdag in ons broodmandje chocolade eitjes verstopt waren. Verder waren we uitgenodigd op de paastaart bij de koffie. We bleven er vijf dagen met wisselend bewolkt en zonnig weer. We maakten mooie wandelingen over de poesta en door de omringende bossen. Wat een prachtige natuur ligt er rondom hun camping. Je kunt er echt een wandeling van acht kilometer doen en geen mens tegen komen.. Prachtige uitzichten over een vrij leeg glooiend landschap. De abelen lichtten zilver op. Het poestagras, wat we ook kennen van de causses in Frankrijk, kwam net open en begon te krullen en maakte zilveren, golvende velden op de grond. De lithodora is zo intens blauw dat je even twijfelt of je dat nu wel een mooie kleur vind… De veronica bloeit ook rijk in aartjes. Deze beiden planten zorgen voor de blauwe stukken in de poesta. Verder zijn er dan vier verschillende variëteiten euphorbia die de poesta op andere plekken weer een geel/groen aanzien geven. Ik liep daar tijdens de eerste wandeling en keek om me heen naar al dit moois en kreeg het er even helemaal koud van. Wat kan de natuur toch prachtig mooi zijn… De volgende dag liepen we door de bossen, waar het groene blad net aan de bomen begon te komen. Met de zon die tussen de takken door piepte werd het een prachtig pallet van veel groene tinten. Onder de bomen bloeide een soort fluitekruid, maar dan met wat kleinere bloemen… Jullie snappen het al, het totaalplaatje… ook prachtig!

’s Morgens liep ik mijn rondje, soms over de poesta en soms over de doorgaande onverharde weg. Altijd waren er dan weer volop verse reeën- en hertensporen .Regelmatig zag ik ook reeën voor mij wegspurten. De sporen op het pad leken soms wel snelwegen voor reeënvoetjes! Zoveel waren er dan langsgekomen. Kortom, we hebben er heel erg genoten en de tracks van de wandelingen die we er gemaakt hebben aan Theo doorgegeven, zodat hij ze nog kan gebruiken.

Gert kon zijn vogellijstje weer mooi aanvullen!

Woensdag 23 april vonden we het weer tijd om verder te gaan! We hadden het mooi bedacht, twee nachten bij Fred en Vera op Fantazia Tanya www.fantaziatanya.com in Szentkiray. Dit ligt zo’n 22 km van Kecskemet. Dan twee nachten bij een informatiecentrum in een gebied waar we grote trappen konden verwachten. ( voor de niet vogelaars: dat zijn de grootste vliegende vogels..). Dan nog twee nachtjes in Eger wat een erg leuke stad is en dan naar de ontmoetingsplek van de vogelvrienden..

Ons verblijfop Fantazia Tanya werd echterverlengd van twee nachten naar vier. Na bezoek aan een huisarts bleek gert een blaasontsteking te hebben. We hoefden ons niet te vervelen… Fred bedacht steeds weer nieuwe activiteiten! O.a. wandeladviezen, meerijden naar winkels, zo ook voor een dagje Kecskemet. ’s Avonds een bakkie koffie en een wijntje in hun huis samen met Vera. Op Koningsdag een oranje soesje.. Een partijtje boerengolf en op zondagochtend bezoek aan de markt in Nagykörös. Dit is een grote streekmarkt die één keer per maand plaats vind. Er was o.a. gereedschap te koop wat bij ons op de rommelmarkt wordt verkocht. Kleding en huishoudelijke spulletjes die vooral door Romavrouwen werden verkocht. Deze vrouwen zijn mooi gekleed in zeer kleurige rokken en felgekleurde, vaak ook glittertruien. Maar je kon er ook biggen, paarden, honden, eenden en kippen kopen… Het was er loeidruk en even leek het ook wel wat op Koningsdag met een heel simpele draaimolen, en nog wat andere zelfgemaakte spelen.. We besloten ons bezoek aan de markt met een Langos. Dé specialiteit hier in Hongarije. Dit is een soort platte oliebol met daarop een laagje knoflooksaus en geraspte kaas! Het was weer een mooie ervaring!

We hebben het hier ook weer prima gehad. De omgeving is mooi, het is een plat land met hier en daar een plukje bomen en ook hier en daar een Tanya (boerderijtje). Maar het is wel een heel open, weids landschap. Vanmorgen verraste ik in alle vroegte ook weer drie reeën in het veld.. De gastvrijheid van Fred en Vera is echt heel bijzonder en we voelden ons echt verwend!

We vertrokken op 28 april uit Szentkiray naar EGER. We vonden daar een goed plekje op de Tulipan camping. Daar werd meteen een flinke was gedaan en op het einde van de middag gingen we het stadje in. We herinnerden ons nog van de vorige keer dat het een mooie en sfeervolle stad was. Met een immens grote kerk en een prachtig plein met weer een gigagrote kerk. Die kerken stonden er nog maar alles wat er aan straten rondom lag was opgebroken. Daarbij was inmiddels het zonnetje verdwenen en blies er een koude wind door de lege straten… Niet wat we ervan hadden verwacht of gehoopt dus.

De volgende dag gingen we door naar Noszjav waar op het eind van de middag de mannen arriveerden, zeven in totaal en ze hadden er veel zin in… Nog voor het avondeten werd er geproost op het weerzien en werden de plannen voor de komende dagen gesmeed! Dit werd gedaan aan de hand van de verslagen van Pierre en Johan en de ervaringen van Gert van de afgelopen twee jaren.

Meteen de volgende dag verdwenen ze na een prima ontbijt op speurtocht naar de vogels, vlinders, libellen en kikkers. Ik bleef achter op een zonnige camping met nieuw leesvoer wat Mitchel had meegebracht! Dank aan Petra! Na een paar weken boeken gelezen te hebben is het weer heel leuk om wat in Libelles, Zin en Roots te kunnen bladeren! Tegen zeven uur s’ avonds kwamen de mannen enthousiast terug en moesten er nog wat soorten vlinders gedetermineerd worden onder de borrel! Ze hadden meteen die eerste dag al twee hele nieuwe soorten vogels en ook vlinders kunnen noteren! We aten met z’n allen in het hotel. Het diner bestond uit Hongaarse gerechten die werden opgediend op grote schotels. Het hoofdbestanddeel was steeds vlees. Soms wel drie verschillende soorten…. Voor mij werd er steeds een bordje vegetarisch apart geserveerd. Daar hadden ze dan echt hun best op gedaan om het zo gevarieerd mogelijk te maken.

Dit patroon herhaalde zich zo’n beetje iedere dag. De ene dag hadden ze wat meer gescoord dan de andere maar over het algemeen waren ze best tevreden en hadden ze het wel erg gezellig onder elkaar. De foto’s werden trots geshowd. De plek voor het avondeten werd een paar keer verplaatst naar de overkant waar zich een pizzeria bevond. Ook daar aten we prima en niet te duur! We moesten nog wel even lachen toen Jan daar z’n gebruikelijke dubbele expresso bestelde na de maaltijd en hij door de ober toen twee kopjes koffie geserveerd kreeg… Die schrok van ons lachen en vroeg meteen of het niet goed was… ja, hoor prima stelden we hem gerust. Maar toen Jan twee dagen later hetzelfde bestelde kreeg hij het toch in één groter kopje geserveerd…

Ik vermaakte me intussen bij de camper. De camping en de omgeving waren niet echt inspirerend. Dus ik heb veel gelezen, geskyped met vriendinnen, beetje gestudeerd op mijn nieuwe photoshop en een paar pannenlappen gebreid! Als ik dan foto’s toegestuurd kreeg van de bloemen in de tuin thuis en ik hoorde van een vriendin die met een dochter naar Intratuin ging tja… dan was ik toch wel een beetje alleen hier…

De nacht van zaterdag op zondag veranderde het weer. Het regende en tegen de ochtend kwamen er flinke rukwinden over de camping die een beetje in een kuiltje ligt… Wij hadden daar nog niets van in de gaten tot we wakker schrokken van een harde klap tegen en op de camper… We zijn nog nooit zo snel het bed uit geweest… En het was echt een ravage wat we aantroffen… De steunbuizen van het luifel waren afgebroken en het luifel was met restanten van de buizen op het dak gewaaid. Oei, oei, gelukkig wist ik op de camping een trap te staan en zo moesten we in een keiharde storm het luifel terug voor de camper krijgen. Maar het was zo verbogen en gebroken dat er geen redden aan was. Uiteindelijk heeft Gert het er gewoon afgesneden en gezaagd. Dat is niets iets waar je blij wakker van wordt… Buiten het luifel is er ook een dakluik kapot en de schotel klapt niet meer helemaal plat op het dak. Maar ik denk wel dat we weer gewoon kunnen rijden… De storm ging nog de hele dag door pas ’s middags tegen een uur of vier was het weer rustig en probeerde de zon er weer door te komen… We hoorden wel dat het de afgelopen dagen in heel Hongarije hommeles is geweest met het weer, met name veel overstromingen.

Morgen gaan we weer afscheid nemen van de mannen. Hun weekje Hongarije zit erop. Ze hebben 138 soorten op de vogellijst staan! Waarschijnlijk gaan wij dan ook weer verder.

Marian, je vroeg of ik al gewend was in de nieuwe camper, nou… ik betrap mezelf er steeds weer op dat als ik iets uit de kleerkast wil pakken ik de koelkast opentrek… Vorige week ontdekten we ineens dat de lampjes boven ons bed ook een dimmer hebben… En ook nog niet zo heel lang weten we dat als Gert de motor afzet dat dan ook meteen de autolichten uitgaan… Tot dan hielp ik hem steeds herinneren als we de auto parkeerden, lichten uit?? Ook dachten we met de Pasen dat onze pomp kapot was gegaan. We doen het nu al weer weken met een jerrycan. Maar tijdens de rondleiding van de mannen zag Gert ineens dat we ook een knop hebben waarmee je de pomp aan en uit kunt zetten… per ongeluk een keertje op gedrukt waarschijnlijk… Dus we blijven ontdekken in en om onze camper!

maandag 5 mei na een roerend afscheid vetrokken de vogelmannen richting vliegveld in Boedapest en wij startten de motor en gingen eerst nog even naar de Interspar in Eger. Lekker winkelen en daarna was de bestemming Borsodbótá. We kwamen daarheen over de 25 via Osd. De camping werd: SVR camping Amedi. www.campingamedi.hu

Deze camping ligt in het noorden van het Bükk gebergte zo’n 12 km van de grens van Slowakije. We waren te gast bij Joke en haar vader Gert Wesselink. De camping zag er prima uit. We waren ook hier de eerste gasten, maar niet lang want al snel kwam er een Engelse camper het terrein op rijden en waren we met tweeën. Het welkomstdrankje was een glaasje wijn, want Gert was nog alleen en alles, waaronder het koffiezetapparaat, was nog niet opgestart. Het was geen straf, het was een wijntje van hun eigen wijngaard en smaakte prima. Na het inschrijven kregen we meteen de informatiemap mee. En al bladerend in die map wisten we het ineens weer, dit is het voordeel van een Nederlandse camping. Beschrijvingen van wandelingen in de omgeving van de camping, maar ook informatie over winkels in het dorp, bezienswaardigheden in de omgeving en fietsroutes! En dat alles in het Nederlands. We ontdekten de dagen daarna ook de andere voordelen, namelijk: Gert kon mooie verhalen vertellen over zijn Hongaarse ervaringen in de tijd dat hij in dit land komt en woont en dat zijn al heel wat jaren! Zo ging het land en zijn bewoners ineens veel meer voor ons leven. Joke kwam een dag later uit Nederland aan en zij begon toen enthousiast aan het seizoen en kwam om tot oktober te blijven. Zij spreekt vloeiend Hongaars en is goed ingeburgerd in het dorp. In hun informatiemap had ik gelezen dat ik ook via haar een afspraak kon maken bij de kapper. Dat leek me wel een goed idee, want in Slowakije had ik ook zo geen vaste kapper en in Polen lijk het me qua taal ook niet handiger.

Dus zodoende, Joke maakte de afspraak en samen met haar liep ik de volgende dag naar Zita. Zij knipte haar klanten in de keuken thuis. We werden hartelijk ontvangen, Joke had twee woordenboeken meegenomen, voor mij, als zij weer terug ging naar de camping. Maar we hadden het heel gezellig zo met z’n drieën in de keuken. Joke tolkte mijn wensen over het model en de vragen van Zita of het voor of achter m’n oren moest etc. De buurman kwam nog even aanlopen en de man van Zita begon vast met de voorbereidingen voor de avondhap. Na afloop had ik precies het kapsel wat ik in gedachten had. De onkosten… 1500 HUF oftewel 5 euro..

‘S morgens liep ik mijn rondje rondom Borsodbóta en na afloop ging ik dan nog even langs de ABC winkel. Dit is een winkel zoals wij kennen van vroeger, niets zelfbediening. Een toonbank met daarachter twee dames met een witte schort aan en die halen het gevraagde van de voorraad uit de achterkamer of van de planken in de winkel.. Bij binnenkomst zei ik; “Jonapot” wat “goedendag” betekent. Mijn bestelling was steeds hetzelfde, met vier vingers omhoog vroeg ik om little bread en wees dan ook meteen maar in de richting waar ze lagen, want ik had niet het idee dat de dames één woord Engels begrepen… En ik moest dan voor die vier broodjes 100 HUF afrekenen… dat is dan zo’n 35 cent… En met een “kussenem” wat “dank je wel” betekent verliet ik de winkel weer.

Ik deed deze boodschap op het eind van m’n rondje hardlopen. Dus ik ging al joggend naar de winkel. Daarbij passeerde ik dan de bushalte waar iedere morgen zo’n groep van 15 voornamelijk mannen stond te wachten. Ik werd als een soort rariteit bekeken, iedere morgen weer en op mijn “Jonapot” kwam niet altijd veel reactie. Ook op zaterdag stond er een flinke groep bij de bushalte. Wat bleek, die week daarvoor was iedereen vrij geweest op 1 mei. feestdag! Maar ze kennen hier geen doorbetaalde feestdagen, deze dagen moeten hier altijd weer ingehaald worden in het weekend ervoor of erna. Dit jaar hadden ze pech en moeten er twee zaterdagen gewerkt worden omdat 1 mei op een donderdag viel en de meesten ook de vrijdag “vrij” waren…

De camping ligt in een mooie omgeving, in een heuvellandschap. Groene heuvels en ook hier en daar een plukje bos. We deden wat wandelingen vanaf de camping. Ik was heel verrast over de hoeveelheid orchideeën die we onderweg aantroffen. Zo’n vijf verschillende soorten, maar in ongelooflijke aantallen.

Echt heel bijzonder en echt genieten! Maar ook Gert kon zijn hart ophalen. In de vijf dagen dat we er waren scoorde hij zo’n 46 soorten. De echte klapper was de sperwergrasmus, deze zag hij op twee locaties. Op de laatste zo goed dat hij hem ook kon fotograferen. Een andere soort die het vermelden waard was was de fitis! De bijeneters kwamen op dinsdag binnen! We zagen ook nog een vos en ’s morgens een ree. We wandelden heerlijk en lunchten tijdens de wandelingen bovenop de heuvels met mooie uitzichten op de natuur en het dorp. Tijdens een van de wandelingen raakten we het spoor bijster. We konden de routebeschrijving niet meer kloppend krijgen met de omgeving dus pasten we de wandeling zelf maar wat aan. Het resultaat was dat we op een andere plaats het dorp in kwamen dan gepland. Ons pad eindigde in een smal spoor dat in een achtertuin bleek uit te komen. Maar… iedere Hongaar heeft minstens één waakhond in zijn tuin… En dat zijn dan ook honden die enorm fel te keer gaan als je hun huis passeert… Natuurlijk wilden we onze mooie wandelkuiten niet offeren aan zo’n mormel… bijna kruipend gingen we door smalle kruipdoor sluipdoor paadjes. Langs en door brandnetels en seringenstruiken achter langs de tuintjes.. Ik kan jullie gerust stellen, onze kuiten zijn ongeschonden uit de strijd gekomen!

Eenmaal weer aan de voorkant van de huizen zagen we dat we door een straat liepen die voornamelijk door Roma’s werd bewoond.

Deze huizen zien er niet uit, verveloos, de kozijnen hangen scheefgezakt in de gevels, ramen kapot.. de deuren staan allemaal open. Geen enkele plant in de voortuin, alleen zand, modder, plassen en soms wat stukken oude vloerbedekking. Wel veel kinderen, die samen aan het spelen waren buiten voor de huizen. Maar we werden zowel door kinderen als hun ouders vriendelijk gedag gezegd en, dat vond ik ook wel opvallend, meestal in het Engels.

Onze wandeling voerde ook langs wijnhuisjes en grotwoningen. De wijnhuisjes zijn meestal de plaatsen waar de Hongaar zijn wijnvoorraad bewaart. Het zijn eigenlijk gewoon holtes in de bergen met een deur ervoor. De wijn blijft daar heerlijk koel. In een enkele was men bezig met een destilleervat… Maar langs de rand van Borsodbóta liggen ook grotwoningen. Dit lijken hele kleine huisjes, maar het grootste deel van het huis gaat verder in de rotsen achter het huis. Dat is natuurlijk lekker koel te houden in de hete zomers die Hongarije normaal beleeft.

We bleven er 5 dagen en hebben er echt genoten. We hadden mooi weer, Joke zorgde goed voor ons en Gert had gezellige verhalen. Het sanitair was prima, alles was schoon en werkte prima! Maar ook aan goede dingen moet een eind komen, dus vertrokken we op 10 mei en verlieten toen ook meteen Hongarije om een nieuw land aan onze reis toe te voegen.. SLOWAKIJE ! Alweer het zevende land op deze reis.

Eens even kijken waar waren we gebleven…. Oh ja, we gingen op weg naar Slowakije na een heerlijk verblijf op Camping Amedi! In een stralend zonnetje vertrokken we. Eerst naar OZD waar we nog even de Tesco deden. We zijn nooit eerder in Slowakije geweest, dus is het dan wel handig om de boodschappen binnen te hebben. We reden via de 25 naar de grens met SLOWAKIJE. Via de 67 en de 50 richting Kosice. Via Jasov naar Medzev zo kwamen we op camping SOKOL in Vysny Medzev. Dit is een SVR camping.

We vonden de dorpen, straten, huizen en tuinen er in Slowakije er net iets verzorgder uitzien dan in Hongarije. Tot we door Jasov reden... We passeerden daar een soort Township. De “huizen” waren zéér bouwvallig of bestonden alleen uit wat planken en golfplaten. Er waren geen tuinen. De huizen lagen dicht bij elkaar en daartussen lag alleen zand en modder. Rondom de “huizen” slingerde ontzettend veel rommel. Volwassenen en kinderen liepen daartussen rond in vieze kleding. Wij hebben in Afrika heel wat arme dorpjes en nederzettingen gezien. We hebben daar ook townships bezocht. Het verschil dat we nu opmerkten was al het vuil wat we hier in Slowakije tegenkwamen. In Afrika wordt steeds het zand aangeveegd tussen de hutjes of woninkjes. En de Afrikanen zien er verzorgd en schoon uit. En de vrouwen, als ze hun beste jurk hebben aangetrokken, zien ze er prachtig uit. De mensen hier kijken je stuurs en afwerend aan. In Afrika verschijnt er bij elke ontmoeting al snel een blijde lach op hun gezicht…

En deze mensen betalen ook met euro’s.. We hebben deze reis al meerdere keren van geld moeten wisselen. Een beetje ouderwets… In Kroatië hadden we de Kuna. In Hongarije de Forint en straks in Polen doen we het met de Zloty!

De camping zag er goed uit, in een boomgaard achter een huis in het dorp. En achter de tuin was een groot korenveld. De eigenaars waren een Nederlandse man met zijn Slowaakse vrouw die door de week op afspraak de Slowaakse keuken serveert. We zijn hier neergestreken omdat je hier tussen het Karstgebergte en de Lage Tatra zit. Het één is een kalksteengebergte en het andere is een Ertsgebergte. Er zouden veel roof- en andere vogels te spotten zijn. En ik hoopte in het kalksteengebergte orchideeën tegen te komen. Toen we aankwamen scheen het zonnetje en alles zag er veelbelovend uit. Maar tegen de avond begon het te regenen en het hield pas de volgende middag op. We wandelden een rondje dorp en ook een rondje rond de graanvelden waar Gert nog de kwartelkoning scoorde! Toen we de camper in stapten tikten de eerste druppels al weer op het dak. Dat ging zonder ophouden zo door tot we op maandag maar besloten om door te rijden. De weersvoorspellingen dachten dat het nog een hele week zou regenen daar…

We hadden een reisdag naar POLEN. In de stromende regen reden we Slowakije uit en Polen in… We hadden ondanks de regen een prachtige rit, door de Hoge Tatra. Via Poerad, Kezmarok, Bela, Jevorina kwamen we aan de grens met Polen. Dit was duidelijk een wintersportgebied. We zagen ook nog bergen met sneeuw maar ik denk niet dat daar nu nog op geskied kan worden! Wel waren we weer een beetje terug in de winter of voorjaar, want we zagen hier weer volop primula’s bloeien. We namen richting Krakow en via de 7 , de A4 en de 4 reden we naar Wieliczka.

Daar hebben we de camper op een parkeerplaats bij de zoutmijn gezet. We mochten hier 24 uur blijven staan! Het was nog vroeg in de middag toen we aankwamen, dus we gingen meteen voor een bezoek aan de mijn. Het zonnetje scheen en we wachtten lekker in een warm zonnetje tot we aan de beurt waren voor een toer met de Engelse gids. We daalden af in de mijn, 135 meter onder de grond. Het was een zoutmijn, de plafonds, de muren en de vloer alles was zout en smaakte ook zout… We zagen veel kamers, met beelden van zout, een grote hal met kroonluchters van zout… daar worden gebedsdiensten gehouden. Het zout is hier ontstaan doordat de zee hier het land ooit bedekte. De zoutvlakte heeft hier een lengte van tien kilometer, een dikte tot 400 m en een breedte van 500 à 1300 m. Al 5500 jaar geleden werd hier zout gewonnen, door het zilte water wat uit de bronnen kwam, te laten verdampen. In de Middeleeuwen werd de productie groter, omdat men toen het gebruik van ijzeren potten ontdekten. Vervolgens begon men met de bouw van de mijnen, een proces dat nog steeds doorgaat tot de dag van vandaag.. De mijnschacht werd in 1635 gebouwd en is inmiddels een Unesco monument geworden. De rondleiding duurde twee uur en daarna kon je zelf nog een museum of restaurant bezoeken. In deze twee uur hadden we 2% van de mijn bekeken.

Het was die dag 12 mei, onze trouwdag, en we zochten na al die uren onder de grond een gezellig restaurant… Dat was nog niet zo simpel maar na een grote ronde door het dorp ontdekten we toch een leuk restaurant, helaas, wij waren de enige gasten.. De kaarsjes op tafel gingen niet aan, maar we hoorden tijdens het eten, dat voortreffelijk smaakte, ook nog de Common Linnets op de radio…

Mijn favoriete voorgerecht in Polen is Barsczc Czerwony. Een bietensoep die je op verschillende manieren kunt krijgen. Soms is hij helder en wordt in een kop geserveerd. Je kunt hem dan gewoon drinken als thee. Maar het kan ook opgediend worden met aardappels, dumplings of vlees! Die dumplings, die zijn ook veel aanwezig op de menukaart als main dish, heel geschikt voor een vegetariër! Soms met een vulling van kaas, aardappel en uien. Soms met paddenstoelen, maar ook de zoete variatie met bosbessen is te bestellen. Verder is ook Polen een land waar veel vlees op de menukaart en het bord is te vinden…

De dag daarna vertrokken we naar KRAKAU. We hadden van Nederlanders die we onderweg hadden ontmoet al gehoord dat camping Clepardia www.clepardia.com.pl heel geschikt zou zijn. Wel, dat was ook zo. Ze hadden er alles prima voor elkaar. De camper konden we op twee rijsporen zetten, waardoor we ook bij nat weer geen moeite zouden hebben om te vertrekken. Het sanitair werd de hele dag bijgehouden. En het personeel bij de receptie was opvallend behulpzaam en vriendelijk. De bus naar het centrum van Krakau vertrok op loopafstand van de camping.

En wat een verrassing was Krakau voor mij… Ik vond het wel wat weg hebben van Praag. Een prachtig marktplein met wachtende koetsen die ons wel mee wilden nemen voor een rijtoer door het oude centrum. En kerken en kerken en kerken.. In iedere straat staan er minstens twee, maar het kunnen er ook zes zijn… Prachtige kerken met ontzettend veel goud en barok, dus erg druk versierd! Maar heel bijzonder! En in iedere kerk is een altaar ingericht met een beeld, schilderij of foto van Paus Joh. Paulus II. Misten we dat, dan troffen we buiten wel een levensgroot beeld van de man aan. En altijd bloemen en kaarsen eromheen!

De eerste dag in Krakau hadden we prachtig weer. Alles zag er prachtig uit, de koetsjes met paarden stonden klaar en de terrassen zaten vol. Zelfs na het eten ’s avonds, zag je nog volle terrassen, de parasols open en de warmtestralers aan… Gezellig! Maar de daaropvolgende twee dagen was het regenachtig, bewolkt en regelmatig een bui… Alles ziet er dan toch zo anders uit. We deden nog de kathedraal en het paleis wat ook echt de moeite waard was. Het was ook een binnen programma en dat kwam met dit weer wel erg goed uit… Het is ook opmerkelijk hoe vroeg het hier in het oosten ’s avonds donker is. Rond 20.15 is het gewoon donker.

Na drie dagen hadden we er wel alles gezien, op de camping hadden we een prima internetverbinding, dus nadat we nog een avondje een familiebabbel hadden op Skype vertrokken we weer.. We hadden een bestemming die ik al jaren op mijn lijstje had staan, Auschwitz. We konden de camper op de parkeerplaats tegenover het kamp zetten en daar ook overnachten. Zelfs een plaats met elektriciteit was ook mogelijk. We waren op zo’n tijd dat we meekonden op een rondleiding met een Engelse gids. Het was bijzonder indrukwekkend. Je zag ook tijdens de rondleiding de gezichten van de mensen in de groep veranderen. Allemaal wat strakke gezichten, en heel stilletjes… Iedereen was aangeslagen, door zowel het verhaal van de gids als door het zien van alle tastbare bewijzen van deze onmenselijke behandeling van medemensen.. het was erg choquerend, maar het is ook erg goed dat dit nog steeds zichtbaar is voor de volkeren van alle landen. Want dat is wat je hier ook ziet, werkelijk alle nationaliteiten komen hier om te ervaren wat er is gebeurd tijdens de nazitijd.

We werden de volgende dag wakker op de parkeerplaats, het was droog… en ik liep mijn rondje, deze dag was dat om het Auschwitzkamp heen, nog even kwam alle informatie van de gids mijn gedachten binnen…

Camper-reis voorjaar 2014 (3) Polen Duitsland

Voorjaarsreis 2014 deel 3

Tijdens ons bezoek aan Auschwitz/Birkenau hadden we donker, grauw, regenweer. Dat bleef zo toen we doorreden op zaterdag 18 mei. Het bleef er de hele dag met bakken uitvallen… We namen de snelweg naar Wroclaw (Breslau), de wegen 44 en A4. Zo reden we die dag 238 km. Daar namen we camping Stadion. We hebben er geen www van gevonden. Maar het was nu ook weer niet zo’n supercamping dat we hem moeten onthouden. We stonden op een soort parkeerplaats, opslagterrein. Dat vonden we uitstekend, want het grasterrein was een grote waterplas… Er was ook hier ontzettend veel regen gevallen! De tramhalte naar het centrum lag tegenover de camping en iedere zeven minuten kwam er wel een geschikte tram. Het sanitair, dat kan ik het beste zo omschrijven: ik deed heel erg mijn best om niets te laten vallen, want dan had ik dat niet echt meer kunnen gebruiken…

We gingen met de tram naar het centrum. En zoals het er hier vaak uitziet, vervallen en verveloze gebouwen, slechte wegen, oude bussen en trams, dan verwacht je niet dat ze dan weer het nieuwste systeem hebben om je kaartjes uit de automaat te betalen… gewoon met je telefoon. Dat heb ik in Nederland, nou ja, in Brabant dan, nog niet gezien…En toen kwam de verrassing: het centrum met zijn prachtige, gekleurde gebouwen en een mooie stadhuis. Grote pleinen en veel terrassen. De kerken waren ook bijzonder mooi en daar hadden ze er hier ook weer voldoende van!

De geschiedenis van deze stad vertelt ons dat het ook hier, net als vrijwel overal in Polen, in veel verschillende handen is geweest.. In het kort: het werd gesticht in de 12e eeuw door Duitsers. Het werd verwoest door de Tararen in 1241. In 1335 kwam het onder heerschappij van Bohemen. Er resten nog gotisch bouwwerken uit die periode, het stadhuis en enkele kerken. In 1420 maakten de Hussieten een einde aan de grote bloei die de stad doormaakte. In 1526 kwamen de Habsburgers de macht overnemen en was het grootste deel van de inwoners protestant. Deze periode werd weer gekenmerkt door een grote bouwlust. De universiteit werd in deze tijd gebouwd. In 1741 begon de Pruisische overheersing, de stad heette toen Breslau. In de 19e eeuw begon de industrie zich te ontwikkelen en de universiteit werd een vooraanstaand wetenschappelijk en cultureelcentrum. Tijdens de tweede wereldoorlog werd de stad veranderd in een vesting. In deze oorlog werd de stad aan het einde van de oorlog voor een groot deel verwoest. Maar dankzij een grote en goed uitgevoerde restauratie heeft Wroclaw een deel van zijn charme teruggekregen en het wordt nu samen met Krakau tot de gezelligste stad van het land gerekend.

Ook wij waren er zéér van gecharmeerd, we vonden het een mooi centrum en we bekeken echt uitzonderlijk mooie kerken. De universiteit is een juweeltje van barok. We waren drie dagen in de stad en de laatste dag wilden we naar het grote panoramaschilderij. Helaas was het voor die dag al vol gepland met bezoekers, dus dat ging niet door. Maar we ontdekten in die hoek van de stad een Botanische tuin en dat was echt genieten! Prachtig ingericht, prima onderhouden en goed gedocumenteerd. Het was een genot om er door te wandelen, ook al omdat het weer inmiddels helemaal was opgeknapt en we die dag een lekker zonnetje hadden.

Onze volgende bestemming was Milicz. Daar zou een camping zijn, maar we vonden er nergens informatie over dus was onze eerste gang na aankomst daar naar de VVV. In die stad was geen camping (meer). De dichtstbijzijnde was een km of 20 verder. Maar die bleek nog niet in bedrijf, men was nog een receptiegebouw aan het metselen…

Via een omweg kwamen we op een parkeerplaats in Runda Milicka, deze ligt aan de rand van de visvijvers van Milicz. Het was inmiddels echt zomerweer geworden, zo tussen de 30 en 35 graden. We stonden zonder onze luifel in de volle zon. Maar op een prachtige plek om te vogelen. Een kijkhut op zo’n 300 meter en als we een stukje de andere kant opliepen konden we tussen twee meren door wandelen. Op die meren zagen we veel roodhalsfuten en ook veel gewone futen met hun nesten. De roerdomp liet zich de hele dag en nacht door horen… Het ijsvogeltje vloog met zijn gevangen visjes in de bek regelmatig vlak langs onze camper. We stonden duidelijk in zijn route van visvijver naar nest…

De volgende dag toen Gert de koelkast opende om zijn spulletjes voor het ontbijt te pakken bleek er overal water open in te staan. Na inspectie kwam dat uit de vriezer en daar was alles helemaal ontdooid… We hadden in het begin van de reis al vastgesteld dat de koelkast op gas maar heel matig werkte. Maar nu, in het zonnetje met deze temperaturen werd duidelijk dat hij dus waarschijnlijk niet veel meer deed dan een waakvlammetje… Het plekje waar we stonden was eigenlijk te mooi om meteen al weer te vertrekken dus, plakten we er nog maar een dagje fietsen aan. Het ontdooide vlees en vis werd even aangebakken! Er waren veel fietsmogelijkheden in de omgeving, mooie aangelegde fietspaden! We fietsten nog naar een uitkijktoren op zo’n vijf kilometer van de parkeerplaats. Daar zagen we groepen kraanvogels overvliegen en wat we toch wel heel bijzonder vonden acht zeearenden! Zes tegelijk en later nog eens twee. We hoorden ’s avonds de bosuil roepen en ‘s morgens in alle vroegte riep de wielewaal al dat de zomer in het land was. De grote en kleine karakiet deden een wedstrijd met de kikkers om in geluid boven elkaar uit te komen. Bloemen en vlinders, die zagen we hier niet echt veel… Eigenlijk waren we daar een beetje in het aards paradijs voor de vogelaar aangeland, maar helaas ook alle spulletjes in de koelkast waren nu op een temperatuur gekomen die de nog acceptabele grens had overschreden. En genieten van de natuur is super, maar na afloop onderuit zakken met een koud pilsje dat is volgens mij geen enkele vogelaar vreemd…

Dus… daar gingen we weer! Onderweg zagen we paartjes kraanvogels. Waarschijnlijk op zoek naar een broedplaats.. Gert had een adres van een SVR camping in de buurt van wat een mooi natuurgebied leek aan de rivier de Warta, Camping Carpe Diem. Na enig zoeken hebben we hem gevonden. Want in de gegevens van de SVR kloppen heel vaak de coördinaten niet, dat hebben we al meerdere malen ervaren.. Het zag er prachtig uit, een mooie oude boerderij en een uitzicht waar ik al ’s morgens vroeg de reeën zag grazen .. De toiletten zagen er iets minder uit, maar in de boerderij hadden ze vast betere. Het zat ons niet mee, een briefje op de deur, zie foto’s, meldde dat ze er even niet waren… We mochten er gerust gaan staan lazen we, maar de elektriciteit was uitgeschakeld en dat was nu net onze eerste prioriteit. Jammer, jammer, wat hadden we daar graag een paar dagen gestaan… Op zo’n 35 km zou zich nog een SVR camping bevinden, dus we besloten daar maar te gaan kijken. Ook deze coördinaten klopten niet en op de naam van het stadje was het ook niet handig zoeken, omdat er daar wel een stuk of acht van zijn in Polen.

Al dat zoeken maakte ook hongerig en we stopten bij een wegrestaurant waar we een hapje wilden eten. Nu waren ze daar niet zo ingespeeld op toeristen, de menukaart was alleen in het Pools… Bij de soepen zag ik iets waar ik in de naam iets van pommodori herkende en dat kon natuurlijk best tomatensoep zijn. We zullen het niet weten, want die soep was er niet. Na enige tijd vroeg Gert of ze geen menukaart in het Engels of Duits hadden. Ze keek even of ze daar nog over na wilde denken, maar kwam even later toch met een geschreven A4 waar de menu’s in het Engels op stonden. We zagen dat Fasolka bonensoep was. Dus dat zagen we wel zitten en we bestelden ook nog een broodje met harde kaas.. We hadden een prima lunch, ik moest een beetje om het vlees en de spek heen eten, maar de smaak was prima! Die gaan we onthouden!

Zo arriveerden we in Sierakow. Nergens enig bord wat naar een camping verwees. Op de markt hing een platte kaart en daarop zagen we de straatnaam waar de camping aan zou liggen. We reden door en net buiten het stadje zagen we een camping. Dit bleek de gemeentecamping te zijn. We konden daar staan, geen probleem, maar toen de beheerder hoorde dat we eigenlijk die SVR camping zochten was dat ook geen probleem.. rij maar achter mij aan dan breng ik jullie wel! Waar maak je dat nu mee… Als dank gaf ik hem een zak met Dutch Candy’s ( ja Marian, uit jouw trommel…) Hij was daar blij verrast mee!

Zo staan we nu in een soort bungalowpark tussen twee meren. Het ene is geschikt voor recreatie bijv. zwemmen en het andere is geschikt om te vissen! Daartussen ligt, in het bos, een soort Centerparks, alleen maar vakantiewoninkjes. Dus ook dit adres hoeven we niet te onthouden…

De koelkast draait weer lekker op de stroom en we genieten nu wel ’s avonds van ons koud biertje en wijntje. We staan hier in het bos en met de temperaturen die in de zon nog steeds de 35 graden halen zijn we blij met de schaduw! Maar dan is ‘n dag of twee wel genoeg en nu hadden we een adres van Rien, een ervaren Polenganger, van een ecoboerderij in de provincie Wielpolski, een stukje ten noorden van Poznan. Bij Pjotr Paluszkiewicz www.ecotouristfarm.pl in Kryz.

We belden voor we vertrokken of de camping open was en, we waren welkom, liefst na de mis, die zou tot 13 uur duren. We kregen een mooi plekje op een verder nog leeg terrein achter de boerderij. In de loop van de middag kwam Pjotr nog eens langs en hij bleek een goed verteller over de geschiedenis van dit stuk van Polen. Ook had hij een gedetailleerde kaart bij zich en tips over wandel- en fietsroutes. De taal waar dat allemaal in gebeurde was Duits. Verder kregen we nog wat regels over het kamperen bij een biologische boerderij… chemisch toilet kon er niet geleegd worden, de schillen moesten naar de kippen en overig groenteafval naar de geiten. En verder kon de rest van ons afval gescheiden worden achter het sanitairgebouwtje! We hebben daar mooi kunnen fietsen, de eerste dag wat overmoedig, wel 75 km waarvan 20 door los zand… Dus de volgende dag hielden we het bij een voorzichtige 25 km. De omgeving was mooi landelijk. Langs en in de graanvelden groeiden klaprozen en veel korenbloemen. Meteen kwamen er allerlei jeugdherinneringen boven! De boerderijen lagen verspreid en ook was er veel productiebos. Daar werd nog met paarden gewerkt om het gekapte hout uit het bos te slepen.

Als je zo’n afstand fietst en een kaart bij je hebt waar de bekende icoontjes van een vork en mes staan ga je zo rond 12 uur eens op zoek naar een gelegenheid om een bakkie koffie te drinken… Nu blijkt dat niet een bekend gegeven in Polen, koffie drinken.. terrasjes… restaurantjes.. NADA! In de grotere steden geen probleem, maar hier in de provincie, keine chanse! Na enkele dorpjes te hebben doorkruist hebben we de formule ontdekt. Je zoekt een SKLEP, dat is een klein winkeltje en daar koop je dan uit de koelvitrine een blikje limonade en dat drink je dan buiten op een tuinbank of picknicktafel op. We keken dat af van veel Poolse mannen die dan wel geen limonade kochten maar halve liters bier. Ook zij zochten dan een plaatsje op een bank of stoel voor de SKLEP. En daar hoefde het ook helemaal geen koffietijd voor te zijn… We zagen meerdere malen al tegen het middaguur mannen die op weg naar huis de hele breedte van de weg nodig hadden… We spraken met Pjotr ook nog over de situatie nu in de Oekraïne en hoe de Polen daar nu tegenaan kijken. Het ligt hier natuurlijk dichtbij… Pjotr was redelijk somber over de situatie. Ook dacht hij niet dat bij problemen Polen echt op de NATO zal kunnen regelen gezien allerlei voorbeelden uit het verleden. Vreemd hoe je je dan opeens veel meer bewust wordt dat er toch een zekere dreiging is…

Dinsdag 28 mei was onze laatste dag op de boerderij, het was een koude regendag dus we zochten ons heil binnen in de camper. Pjotr kwam nog met tips wat we nog zouden kunnen gaan doen en meteen had hij ook nog allerlei boeken en bladen meegenomen met informatie over de streek waar we nu waren en ook over Poznan. Deze stad moet ook zeker de moeite waard zijn en was goed te doen vanaf dit adres, per trein! Maar 30 mei kwam eraan en we wilden op die dag de mogelijk hebben om te skypen, dus dat werd weer verhuizen.

Op de dag van vertrek liepen we naar de boerderij om af te gaan rekenen. Anna was in de groentetuin aan het werk. Ze kwam meteen met ons mee en we werden uitgenodigd in de boerderij. De open haard brandde en dat voelde heel aangenaam. Anna sprak geen Duits maar Engels en we hadden een gezellige babbel, in het Engels dus. Pjotr schoof later ook aan, maar hij sprak Duits en zo bleek later helemaal geen Engels… Zo zaten we daar aan tafel, babbelden gezellig… In het Duits tegen Pjotr die onze verhalen in het Pools vertaalde tegen Anna. Als ik even in het Engels een babbeltje had met Anna, vertaalde ik het daarna in het Duits weer voor Pjotr… Het leek een soort Babylonische spraakverwarring… toch namen we heel gezellig afscheid van het stel. En de rekening… omgerekend €4.50 per nacht…!

Dit keer had Gert een campingcheque-camping gevonden. En deze ligt in Zlocieniec, www.inter-nos.pl We reden naar het noorden. Toen de Tom Tom meldde dat de bestemming bereikt was, eindigde de weg in een meer. De camping bleek op een eiland in het meer te liggen… We zouden met de pont moeten overvaren… In eerste instantie zag Gert dat niet zo zitten, we waren al een stuk teruggereden en wilden net ons broodje gaan eten toen er een auto stopte en de chauffeur informeerde of we problemen hadden… Nu bleek dat de eigenaar van de camping te zijn en hij stelde Gert gerust dat we echt wel met de pont over konden varen. Hij had wel meer campers op de camping staan. Dus op die manier gerustgesteld waagden we de gok. Bij het oprijden op de pont lagen er drie mannen op de buik om te kijken of alles wel goed ging… Het is een heel bijzondere plaats, de camping is heel ruim en je kunt gaan staan waar je maar wilt. En rondom het meer, waar Gert al meteen op de dag van aankomst een brilduiker met jongen zag…

Een aardige bijkomstigheid is wel dat er op de camping ook een prima restaurant is! Daar hebben we tenminste al een paar dagmenu’s getest… En zo werd het 30 mei en haalde Gert al om 6.30 u ’s morgens uit allerlei kastjes en hoekjes cadeautjes die door de thuisblijvers waren meegegeven…

Koffietijd werd op skype doorgebracht met de buufjes. Toen werden meteen ook de meegestuurde cadeaus uitgepakt onder toeziend oog van de gevers! Het was reuze gezellig en dat herhaalde zich nog een keer ’s avonds met de kinderen en Katrien. Jan-Willem en Willie kwamen er ook nog even bij! En zo werd het al met al, zo ver van huis, toch een heel gezellige dag!

Verder is de omgeving hier echt prachtig. We hebben inmiddels al meerdere wandelingen gemaakt. Het is hier een wat glooiend terrein, veel heel kruidenrijke graslanden zo ver als je kunt kijken met hier en daar wat plukjes bos. We zagen reeën rondspringen in het hoge gras, vossen oversteken in de graslanden. Hazen lopen ’s morgens voor mij uit op de zandpaden. Verder nog eekhoorns in de bossen. En de ooievaars komen zelfs op camping naar kikkers zoeken. Kortom, genieten is het hier van de natuur.

Dinsdag 3 juni bleek een regendag dus een goede reden om weer verder te rijden. We wilden naar een camping aan de monding van de rivier de Oder dicht bij de Baltische zee. Daar moeten campings zijn maar wij konden ze toch niet vinden en ook bij navraag op verschillende plaatsen kwamen we er niet achter. Al zoekend naar een camping zagen we wel op een weiland een zeearend op een rol gras zitten…

Dus, het werd Stettin, de Poolse naam is Szczecin. De ANWB en Willie meldden ons dat het een mooie stad is, dus wij gingen er de volgende dag vanuit de camping op de fiets naar toe. Bij deze willen wij Willie en de ANWB toch even melden dat het enorm tegen viel. Er stonden wel wat mooie gebouwen en kerken, maar die werden omgeven door zoveel lelijke dingen dat het al met al niet echt een mooi geheel leek….

En zo waren we voor ons gevoel ook ineens klaar met Polen. We hebben er mooie dingen gezien. En ook op mooie plekjes gestaan. We vonden de steden Krakau en Wroclaw zéér de moeite waard. Het bezoek aan Auschwitz was bijzonder. Wat betreft de vogels heeft Gert er 103 verschillende soorten gezien. De planten vielen erg tegen, de score bij de orchideeën is 0! Deze hele reis hebben we toch weinig bijzondere planten en vlinders gezien.

En zo reden we op 5 juni Duitsland binnen! Het 9e land op deze reis. De bestemming was de Muritz. Via NeuBrandenburg kwamen we in Neustrelitz enreden we naar Schillersdorf waar we een campingplatz vonden aan de Lippensee. We lunchten en winkelden in Neustrelitz en kregen een soort van cultuurschok… Overal restaurants en Konditorei(en). Terrasjes en winkels met leuke mode, maar ook winkels met handenarbeidspullen in overvloed. Daar had ik in Polen tevergeefs naar uitgekeken. Het hielp natuurlijk ook enorm dat we ons weer verstaanbaar konden maken.

De Muritz is een Nationaal Park in Noord Duitsland. Je vind hier veel meren en bossen. Veel van de meren staan met elkaar in verbinding dus is het ook een erg geliefd gebied voor kanovaarders. Verder zijn er in het park veel fiets- en wandelroutes uitgezet. Door al het water en bos is het ook een geliefd gebied voor vogelaars. Wij hebben inmiddels al twee dagen rondgefietst en de zee- en visarend al verschillende keren zien vliegen. We zijn hier nu twee dagen en Gert heeft al 70 soorten afgestreept! Tijdens het fietsten kwamen we ook een baltsend stel kraanvogels tegen. De camping is vol, vooral veel mensen met een kano. Iedere ochtend vertrekken er weer veel met hun kano, maar iedere avond worden die vrije plekken dan weer ingevuld door andere rondvarende kanogangers. Het is voor ons even wennen, zo’n volle camping na alle rust op de voorgaande campings. Er waren er heel wat waar we de enige gasten waren. Gisteren streken er op de plaats naast ons 14 knullen neer die 7 tentjes uitvouwden en de nodige flessen bier daartussen in planten. Die gingen natuurlijk diezelfde avond allemaal op. Ze hadden het heel gezellig en het was leuk om te zien hoe gezellig ze het hadden. En vanmorgen, nog voor half elf was alles weer ingepakt en de plaats weer leeg…

En ik loop nu mijn rondje weer in Duitsland en hier zeg ik dan de mensen die ik tegenkom Moin of Morgèn! Zo heb ik al op veel verschillende manieren goedemorgen gewenst. Ik begon met Bonjour in La France, daarna werd het Bongiorno in Italië. In Kroatië riep ik Servus en in Hongarije werd dat Jonapot. In Slowakije stak ik m’n hand op, want daar liep ik maar één morgen en dat was te kort om er achter te komen wat ik zou moeten zeggen… In Polen werd het Dzién Dobry. De ene keer liep ik door het bos, dan weer door een woonwijk. Soms langs de weilanden en akkers, dan weer een route langs zee. In Verona liep ik door de historische stad en in Venetië langs een lagune… En hier loop ik dus door de stille bossen want stil zijn ze zo om 7 uur ’s morgens. Een beetje gespannen ben ik wel, dat merk ik aan hoe ik schrik als er ineens wat takken langs het pad beginnen te kraken… maar ja, denk ik dan, dat is natuurlijk ook niet vreemd als je steeds maar detectives leest waar aldoor op de vreemdste plaatsen lijken worden gevonden… ik loop wel steeds met m’n Dazer in de hand en die heeft me wel al een paar maal gered van keffende en kuitbijtgrage honden… Vooral in Hongarije is dat een crime al die waakhonden. Gelukkig staan de meeste achter een hek, maar die dan wel loslopen komen regelrecht op je kuiten af gestoven! En Anja, ik weet het, jij hebt de mooiste, maar ik geef mezelf toch een redelijke kans op de tweede plaats…

We blijven hier tot de dag na Pinksteren, we gaan hier nog lekker fietsen en genieten van de terrasjes waar we een heerlijk bakkie koffie kunnen scoren.. En dan willen we dinsdag bij Jan Willem en Willie binnenvallen in de Harz. WE hadden het weer reuze gezellig bij Jan Willem en Willie, we bleven er tot donderdag. Vandaar reden we in een keer naar huis waar onze zonen, schoondochter en een flinke stapel post ons weer verwelkomde!

We hadden een flinke toer gedaan, België, Frankrijk, Italië, Slovenië, Kroatië, Hongarije, Slowakije, Polen en Duitsland! Mooie steden en ook veel mooie natuur gezien. Het weer was wisselend, toch veel lage temperaturen en veel regen. In totaal reden we 6.119 km.

Vertrek van deze reis: 27 maart

Thuiskomst: 12 juni

We gaan weer oppad!

Hallo allemaal!

We zijn klaar om weer te vertrekken! Een lange winter zijn we thuis geweest! We hebben tussendoor nog een weekje Texel gedaan. En daar waren we enthousiast over, we zagen niet veel vogels maar wel een prachtige natuur waar we erg van genoten!

Maar nu de nieuwe camper op de stoep staat…. Na wat tegenslagen tijdens de aflevering viel vandaag het kentekenbewijs eindelijk in de bus en nu kunnen we!

De buufjes hebben geholpen om “het scheel” eraf te drinken...

Vandaag hebben we de kastjes ingericht en voor alles een plaatsje gevonden. Onderweg gaan we vast nog een keertje herinrichten..

Morgen gaan we dus kijken hoe deze camper rijdt, ik vind het wel erg spannend! We gaan richting Lac Du Der. Daarna willen we richting Provence. Misschien over de route Napoleon als daar tenminste niet te veel sneeuw meer ligt. Eind april moeten we in het noorden van Hongarije zijn omdat we daar hebben afgesproken met de vogelmaten van Gert. Hoe we daar komen en langs welke weg? Jullie gaan het lezen! Liefs en groetjes, Gert en Els.

Camperreis 2013 Roemenië deel 1

DUITSLAND en OOSTENRIJK

Op maandag 20 mei vertrokken we naar Duitsland. Gert had er zin in en pas na 678 km besloten we in Dietfurt a.d. Altmühl te overnachten op een mooie camperplaats aan een kanaal. Er was een kleine bar met terras bij, dus daar kreeg Gert zijn verdiende biertje, een Weissener! We zaten daar lekker in het zonnetje en genoten van het weer op reis zijn. De volgende dag waren we vroeg wakker en al om 8 uur werd de auto weer gestart en maakten we een lange reisdag door Oostenrijk (waar we wel een vignet kochten en meteen ook maar een apfelstrüdel bij de koffie namen..)

HONGARIJE

We stopten pas na 636 km in Hongarije ( ook hier kochten we aan de grens een vignet, dat is nodig om op de snelwegen te kunnen rijden..) aan het Balatonmeer. In het plaatsje Keszthely vonden we een mooie camping aan het water. Het zonnetje scheen nog en de temperatuur was er heerlijk. Meteen waren de koude dagen in Nederland weer vergeten! We hadden onszelf een rustdag beloofd en na een zonnig ontbijt fietsten we naar het stadje, wat ruim een kilometer verder lag. Een leuke plaats en ook wel toeristisch hoewel het seizoen duidelijk nog niet begonnen was. We maakten er echt een rustdag van en hebben veel gelezen en gedut…

We borrelden in het stadje en toen het etenstijd werd vonden we een restaurant aan de rand van het meer en zaten buiten op het terras te genieten van onze laatste dag en avondmaaltijd zonder het (verplichte) gezelschap van een groep. Maar toen er nog een echtpaar een zonnig plekje zocht en dat alleen nog de lege stoelen bij onze tafel bleken te zijn, hebben we ze laten aanschuiven en hadden zo een gezellige maaltijd met ze.

Donderdagmorgen (23 mei) werden we wakker door de harde wind die over het meer blies. We pakten onze spulletjes weer in en vertrokken richting Kis Balaton, oftewel het kleine Balatonmeer. Dit is in tegenstelling tot het grote Balatonmeer een groot natuurgebied met veel rietlanden, een meer, rivier en dus veel vogels! Kostje voor Gert! We wandelden op het eiland Kanyavorisz en bij de rivier Zala. Daarna gingen we naar Balaton szentgyörgy en Vörs, wat een prachtig gebied is en waar uitkijktorens staan. Gert zag veel soorten waaronder witoogeenden, dwerg aalscholvers, ralreigers, kwakken, krooneenden, grote- en kleine zilverreigers, bruine kiekendieven, grote karekieten e.d.

Na zo’n dagje genieten van de natuur eindigde onze dag in Kisbarapaty, wat maar 90 km van het Balatonmeer af ligt. De officiële aankomstdag voor de groep was vrijdag, maar op twee stellen na bleek de hele groep die dag gearriveerd te zijn en ze zaten net allemaal aan het welkomstdrankje toen wij arriveerden. Zo maakten we meteen kennis met ineens een flink aantal mensen. Want 10 campers klinkt als weinig maar dat betekent wel weer 20 mensen en dat is best veel… De camping Jó Napot, wat het Hongaars is voor Goedendag, ziet er bijzonder uit. (www.jonapot.eu) De eigenaars zijn duidelijk verzamelaars en je treft hier dan ook de vreemdste dingen aan. Maar allemaal heel smaakvol… de kippen huizen in een kleine caravan, met rode gordijntjes! Er staan 2 Yurttenten op het terrein, maar ook wat trabantjes waarvan een met een etalagepop als bestuurder..De bekende paddenstoelen van de ANWB zijn her en der in het gras geplant en wat richtingaanwijzers die verwijzen naar bekende plaatsen in Nederland en België. De camping bestaat uit mooi aangelegde terrassen en zo heeft hier niemand last van elkaar, maar iedereen heeft wel een mooi uitzicht over het dal en de helling met veel bomen en vogels. De wielewalen vliegen over en weer en het is genieten van hun prachtige roep, dudeljoho is hun lied en de zomer is in het land. De korte broeken en hemdjes kunnen uit de kast!

Inmiddels is het zondag en hebben we de eerste excursiedag erop zitten die zeer geslaagd was. We gingen met een bus naar het Balatonmeer, met de pont gingen we naar de overkant waar we het plaatsje Tihány bezochten. We aten soep, natuurlijk Goulash, bezochten een burcht in Szigliget en proefden er wijn en ijs. We hebben al twee keer gedineerd aan de Hongaarse tafel op de camping en zo bijzondere gerechten uit dit land kunnen proeven net als de Palinka, wat hier het drankje uit de kleine glaasjes is. We worden echt verwend door Esther en Henk de Vries die de Nederlandse eigenaren van deze camping zijn. Ze doen ontzettend hun best om het ons in alles naar de zin te maken! We kennen nu wel de gezichten van de mensen uit de groep, de namen is nog wat moeilijker. Er wordt gezellig gekletst en ook vaak gelachen, dus ik denk dat het wat betreft de groep best goed gaat komen. Alhoewel de eerste al weer naar huis is vertrokken, omdat ze te veel heimwee had.

Zondag 26 mei, dat was een vrije dag en omdat het 's morgens regende kon ik de site bijwerken, 's middags deden we nog een wandelingetje en 's avonds gingen we weer met z'n allen aan tafel voor de hertengulash!

Hij was heerlijk werd me verteld. Voor mij hadden ze een lekkere schotel gemaakt van champignons en gegrilde groenten. De maaltijd werd weer afgesloten met een lekker toetje en daarna nog een kopje koffie en natuurlijk zou ik bijna zeggen napas 4 dagen...! een palinka!

We zaten wel erg veel met elkaar aan tafel deze eerste dagen maar het leuke was wel dat je elkaar dan meteen ook wat beter leerde kennen. En het hield nog niet op want ook op de reisdag, maandagmorgen gingen we voor vertrek nog eens met z'n allen aan het ontbijt... Ook dit was weer geweldig verzorgd, misschien zelfs wel een beetje té? Ook kreeg je per stel nog een cadeautje mee, een fles wijn, twee kleine borrelglaasjes en twee miniflesjes Palinka... Het is niet te hopen dat deze verzorging de rest van de reis zo blijft want dan moet er weer een nieuwe garderobe worden aangeschaft...

De reis ging naar Magyaregregy naar camping Mare Vara. Vorig jaar zijn wij samen op deze camping geweest en bij aankomst stond Carla al klaar om ons te verwelkomen, ze herkende ons meteen en we hadden een gezellig babbeltje met haar. We kregen een mooi plekkie toegewezen door Bram, de assistent reisbegeleider. Het weer bleef regenachtig met tussendoor een lekker warm zonnetje. Maar ook voor hier was het te koud en te nat...

De volgende dag (28 mei) stond om half tien de bus klaar bij de ingang van de camping om ons naar Pecs te brengen. We hadden een Nederlandse gids. Eigenlijk doet zijn vrouw het gidsen, maar omdat ze hoogzwanger is neemt hij het over.

Zijn beroep is advocaat in Pecs en na een uurtje met hem te zijn meegelopen kunnen we ons wel voorstellen dat hij een goede strafpleiter zal zijn. Hij kletst ons de oren van het hoofd, maar op een leuke manier zo weet hij ook steeds weer een mooie link te leggen tussen gebruiken hier in Hongarije en Holland.... Hij heeft een enorme kennis van de geschiedenis van Hongarije en van Pecs. Pecs is een heel mooie stad met een groot autovrij centrum en een leuke bijna Italiaanse sfeer en een geschiedenis die teruggaat tot de vroeg Romeinse tijd.

De warme lunch die wij hebben is lekker en goed verzorgd en daarna gaan we nog een halfuurtje door met Robert en hebben we zelf ook nog een uur vrij te besteden voor wij om half vijf weer met de bus teruggaan naar de camping.

De vrije dag die daarna komt vullen we in met een wandeling. We zien een ree en een vos en mooie uitzichten! Je kunt hier bij Mare Vara echt mooi wandelen, wel een beetje klimmen en dalen...En we hadden weer prachtig weer! Die avond gingen we gezamenlijk aan de bonensoep en als toetje was er een optreden van een folklore dansgroep. Zo af en toe ging er wel eens een pasje mis, maar dat gaf er ook wel een bepaalde charme aan..

Terug in de camper bleek dat de muggen intussen hun kans hadden waargenomen en net boven m'n sokken een waar groepsdiner hadden genoten...

Zo werd het donderdag 30 mei en geheel tegen de afspraak in die ik had gemaakt met de reisbegeleiding, was 's morgen onze camper ruim versierd met vlaggetjes en kwamen ze al feliciteren toen we nog aan het ontbijt zaten. Uit volle borst werd het lang zal ze leven gezongen, dat was toch wel weer erg leuk!

Die dag reisden we van Magyaregregy naar Zsana waar we Tineke en Theo weer treffen op Oazis Tanya, ons ook al bekend van vorig jaar! We hebben het er toen erg naar de zin gehad dus gaan we er met plezier nog een keer naar toe. Ook hier kenden ze ons nog goed en kregen we meteen een dikke kus van Tineke bij aankomst. Onderweg dronken we koffie bij ongeveer de beste bakker van Hongarije in Soltvadkert. We moesten er 25 km voor om rijden, maar dat was het zeker waard. Ook dit adres kenden we nog van vorig jaar... Op het eind van de middag na aankomst hadden we een welkomstborrel van Theo en Tineke met ieder twee drankjes en allerlei hapjes. De laatste dag van mei namen wij een vrije dag terwijl de anderen naar het openluchtmuseum gingen. Het was prachtig weer en wij stapten de puszta op. We deden een flinke wandeling en genoten weer van de prachtige natuur. We zagen de bijeneters, de hop en de scharrelaar. Veel reeënsporen, zelfs ook de sporen van een hert. De euphorbia kleurde sommige stukken van de puszta groen/geel.

De salvia's deden een tintje paars. De wilde vlas met zijn bleekblauwe, tere bloemetjes op dunne steeltjes zwaaiden in de wind. En wat ik wel heel bijzonder vind, ik vond ook een rood bosvogeltje in een stukje bos. De keizermantel ( vlinder) liet zich vaak zien en ook goed fotograferen. We aten 's avonds bij Tineke asperges. In Hongarije mogen ze maar tot 1 juni gestoken worden.

Zaterdag 1 juni, het vannacht geregend en ook de morgen begint vochtig. We gaan met taxibusjes naar de markt in Kiskunhállas. Altijd leuk om naar markten te gaan, vooral in deze landen. Er staan daar boeren die drie preien, een bos worteltjes en wat tomaten te koop hebben, of alleen maar een paar koolrabi of zo. Aandoenlijk om te zien. Vandaag is het weer niet erg warm, maar wel droog met zo nu en dan een zonnetje. De meeste mensen van de groep gaan met Tineke een wandeling over de Puszta maken, wij kiezen ervoor om met z'n tweetjes te gaan, we kennen de weg inmiddels op ons duimpje en we hopen zo wat meer te zien. We hebben nog een tijdje in het gras gezeten in de hoop de kleine klapekster te zien. Vorig jaar had hij hier een nest en konden we hem goed op de foto zetten. We hebben hem helaas deze keer niet kunnen noteren...

En zo kwam dan weer de dag van het afscheid van Theo en Tineke en vertrokken we naar Roemenië. Eerst bezochten we nog een natuurgebied net boven Szeged. We zagen er verschillende kwakken, de witoogeend, zwartkopmeeuwen, purperreigers en een boomvalk. We waren nog maar net uitgekeken toen het weer begon te regenen.

ROEMENIË

Zo reden we op zondag 2 juni, in een harde regenbui Roemenië in. Voor 10 euro kochten we een vignet waarmee we de komende maand op de snelwegen kunnen rijden. Er veranderde niet echt veel met het binnenrijden in dit nieuwe land. De weg was wel wat beter en de automobilisten wat asocialer in hun rijgedrag.. Het zijn hier echt wegpiraten, ze rijden veel te hard, halen onverantwoord in en snijden je behoorlijk als ze weer invoegen. Je ziet heel veel politie die langs de weg staan te controleren. We worden dan ook regelmatig gewaarschuwd met knipperlichten door de tegenliggers. Een beetje net zoals dat vroeger bij ons ook vaak ging. Onze eerste kampeeradres in Roemenië was Raste Roemenië in Minis. http://www.routeroemenie.nl/

Dit is een camping van de SVR. De camping is gekoppeld aan een project voor een weeshuis daar in de buurt. De beheerders van de camping zijn dan ook vrijwilligers. En de inkomsten van de camping komen ten goede aan het weeshuis. De camping was een klein rond veld met in het midden een grasveldje met schommelbanken. Na onze aankomst scheen het zonnetje lekker en ieder stel dat aankwam zocht meteen met de stoel een plekje op het middengazon. Ieder nam zijn eigen drankje mee en de een wat worst de ander wat zoutjes en pelpinda's. Toen we allemaal in de kring zaten kwam de campingbaas met zijn zelfgestookte Palinka en zoutjes het welkomstpraatje houden. Jullie begrijpen het al, we aten niet vroeg die eerste avond in Roemenië...

Dit is een terrein dat nu doordrenkt was met water en dat met een leembodem, iedereen die wel eens heeft gekampeerd weet wat dat voor gevolgen heeft... glijden, glippen, slippen en vastzitten met auto, caravan of camper.. Meteen toen we aankwamen werden we door Bram, de assistent begeleider, opgevangen en naar een plekje gedirigeerd. Hij had het helemaal uitgedacht zodat 12 campers zonder problemen op een recht plekje zouden kunnen staan. Want als je eenmaal stilstond was er geen mogelijkheid meer om weer op te trekken. En het verliep goed, iedereen volgde zijn instructies op. We stonden uiteindelijk wel kris kras door elkaar maar het was goed zo. En toen hebben we allemaal een schietgebedje gedaan voor een paar droge dagen..

Maandag 3 juni werden we vanuit Minis met een bus naar de opstapplaats voor de tram gebracht. Het was nog 20 km naar Arad en daar deed de tram een uur over! Na een bakkie koffie met een aardbeientaartje ging de groep uit elkaar en konden we zelf de stad ontdekken. Arad ligt niet ver van de Hongaarse grens. Het is een stad met 185.000 inwoners. In het centrum staan schitterende oude huizen zoals jullie op de foto's kunnen zien, maar... het is wel allemaal vergane glorie, het heeft heel hard een likje verf en wat herstel aan het stucwerk nodig. Het is goed opletten op de trottoirs want soms ontbreken er tegels en zijn er diepe gaten...

De winkels hebben een mode van ongeveer de jaren 50, er waren ook veel kleine winkels die echt van alles verkochten een soort van winkel van sinkel.. De kleding van de mensen is ook wat meer jaren 50. Er wordt nog veel gerookt en we zien ook veel mannen die aan de rand van de samenleving staan, ongewassen en met veel interesse in vuilnisbakken en parkeerautomaten. We zagen ook Roma's, herkenbaar aan hun donkere uiterlijk en kleurige kleding. Een paar mensen van de groep hadden in de stad nog een modern winkelcentrum ontdekt en daar was wel van alles te koop en ook de mode die je nu bij ons ziet. Tegen drieën namen we de tram weer terug en 's avonds kregen we van de gastheer op de camping soep en wat Roemeense hapjes. Later gingen we nog aan de wijnproeverij. De camping ligt midden tussen de wijngaarden en zo leerden we het verschil tussen de verschillende wijnen uit die streek kennen.

Helaas begon het 's nachts weer te regenen en dat zag er niet echt goed uit voor ons vertrek... Aangezien er ook een hele rij campers op het pad stonden moesten we op elkaar wachten. Net toen de eerste camper gereed was om te vertrekken kwamen er drie auto's met daarachter flinke caravans het terrein oprijden.. nog voor 10 uur 's morgens... Ze blokkeerden onze weg naar buiten en voor hen was er geen plaats als wij nog niet waren vertrokken.. En er stonden nog 8 combinaties, buiten de camping, op de weg te wachten.. De eerste auto had een Frans nummerbord en de rest was Engels. Het duurde niet lang of de irritaties liepen hoog op. Ze waren niet van plan om mee te werken en bleven flink in de weg staan.. De stemmen gingen wat luider klinken en de manoeuvres met de caravans werden wat roekelozer en uiteindelijk konden wij dan toch van het terrein af. De gastheer drukte ons in al het tumult nog een fles wijn in de hand en nog helemaal verbaasd hoe dat allemaal ging met die Engelsen gingen we op pad.. ( Later hoorden we dat deze mensen Roma’s waren en dat ze na enkele dagen door de politie van de camping verwijderd zijn nadat ze allemaal gratis hun was hadden gedaan en het terrein aan gort hadden gereden…)

Op dinsdag 4 juni gingen we weer op weg naar het volgende kampeeradres. Naar Saliste, we gingen naar camping Salisteanca. http://www.salisteanca.com/ Deze camping is de kleinste op deze reis en we zullen er net op passen..

We stopten onderweg in Alba Ilulia. Dit is een voormalige hoofdstad van Roemenië. In de stad vind je een prachtige citadel.

Het grondplan van deze citadel is een ontwerp van de 18e eeuwse Italiaan Giovanni Morando Visconti en bestaat uit een zevenpuntige ster. Dit had hij afgekeken van Vauban, de militair architect van Lodewijk de XIV van Frankrijk. Het ziet er allemaal prachtig gerestaureerd uit. Op het plein vind je veel mensgrote beelden die op een leuke manier zijn neergezet.

Er staat een orthodoxe kathedraal en ook een Rooms-katholieke kathedraal die vorig jaar 1000 jaar oud was. Ook het stadje is een bezoek waard. Terrasjes en restaurants... en free WIFI in het centrum! Op het eind van de middag arriveerden we op de camping. Nadat we ons hadden geïnstalleerd was het al weer tijd voor de welkomstborrel. De eigenaars van de camping, Julian en Alexandra heetten ons welkom en dat deden ze met kersenpalinka en een palinka zonder kleur maar jeneversterk!

Er waren ook wat luchtige deeghapjes waarvan een van de ingrediënten vlierbloesem was. Er was ook vlierbloesemlimonade die heerlijk smaakte. Nadat iedereen de twee welkomstpalinka's had genuttigd zat de stemming er goed in. Iemand had nog borrelnootjes gevonden en een ander ook nog wat worst...Goed, we zaten die avond weer laat aan de avondmaaltijd!

Woensdag 5 juni hadden we weer een excursie, dit keer gingen we met een busje naar Sibiu.

Sibiu, dat vroeger Hermannstadt heette, was de belangrijkste stad van Saskisch Transsylvanië. Het is een van de grootste middeleeuwse steden van Roemenië. Ooit had de stad drie concentrische ringen van vestingmuren. Sommige delen zijn bewaard gebleven, evenals een aantal prachtige pleinen en pleintjes, trappen en bastions. Ze dateren uit de 13e tot 18e eeuw. De stad is kort geleden culturele hoofdstad geweest, samen met Luxemburg. Dit houdt in dat er heel veel gerenoveerd en opgeknapt is. Deze stad was dan ook een vreemd contrast met de stad van een paar dagen geleden, Arad.

We hadden een prima gids die met veel enthousiasme een stukje van de geschiedenis van deze stad aan ons uitlegde. Ze vertelde ook de kleine bijzonderheden zoals de kleine raampjes in de daken die de ogen van de stad worden genoemd.

Op de foto’s zien je duidelijk waarom. Zo vertelde ze ook dat in deze stad vroeger alleen Duitsers woonden. Ze hadden mooie rijk versierde huizen en per huis woonde één gezin. Toen het communisme kwam, werden veel van deze huizen met de grond gelijk gemaakt en in plaats daarvan kwamen er de woonkazernes waar wel 6 tot 8 gezinnen in gehuisvest werden. De Duitsers vertrokken, maar ook een deel van hen werden gewoon verkocht aan de Duitse staat... Zo wandelden we met haar door het historische centrum en na een gezamenlijke lunch was het al weer tijd voor de terugtocht naar de camping.

Een dag later gingen we met Julian op pad naar een hoedenmaker. Er werd ons uitgelegd hoe hij vilten herdershoeden en echte zigeunerhoeden maakte. Er lopen hier nog heel veel mannen met een hoed op. Ook de zigeunermannen dragen een hoed. We konden ons daar ook een hoed aanschaffen maar helaas, jullie gaan ons niet met een Roemeense hoed zien...

‘s Middags wandelden we door het dorp, maar werden door een flink onweer weer snel terug naar de camping gestuurd. Op het eind van de middag was er weer een borreluur, dit keer omdat deze dag voor het eerst de groep helmaal compleet was. Een echtpaar was een week terug naar Nederland geweest in verband met een overlijden. Een ander echtpaar was pas een week later ingestapt. Deze camping is klein maar prima, de eigenaars probeerden het ons in alles naar de zin te maken. Ook de voorzieningen zijn prima!

De volgende dag, donderdag 7 juni, vertrokken we met de hele groep weer een deurtje verder...op pad naar camping De Oude Wilg http://www.campingdeoudewilg.nl/

De eigenaars zijn de Nederlandse Manette en de Roemeense Tudor. De camping ligt in Carta, tegen de Karpaten aan. Toen we aankwamen lagen de hoge bergen in de wolken, want het weer wil nog steeds niet zó! Onderweg bezochten we nog het iconenmuseum in Sibiël. Ze hadden hier meer dan zevenhonderd iconen op glas. Veel dateerden uit de vroege 18e eeuw. Het was zéér de moeite waard om dit eens goed te bekijken. We passeerden nog het openluchtmuseum tegen Sibiu aan, maar het regende weer en dat vonden we geen geschikt weer voor een openluchtmuseum. We kozen ervoor om nog een rondje door Sibiu te doen. Daarna nog een bezoekje aan de Carrefour en zo reden we tegen 16.00 uur de camping op. Er bleek al een grote groep Vlamingen te staan, dus bleef er voor ons een smal veld over. Bram regelde het weer mooi en maakte van de twaalf campers een soort van straatje waar de luifels elkaar vrijwel raakten, zodat je overdekt de straat door kon lopen.

Tegen 17 uur kwam Manette zich voorstellen met de gebruikelijke Palinka onder de arm... Dus ook nu zat de stemming er weer goed in.. niet alleen door de Palinka, maar ook omdat er een heerlijk zonnetje in ons straatje scheen.

Ze vertelde dat dit dorp voor de helft bestaat uit Saskische, Roemeense bewoners en de andere helft zijn Roma's. Ze legde uit dat wij zeker konden verwachten ze tegen te komen en dat ze dan ook zeker zouden bedelen. Dit is dan niet eens zozeer omdat ze zo arm zijn of nog zaken te kort komen, maar eigenlijk meer uit gewoonte. En dat ze hierin ook zeer vasthoudend zijn.. We hoeven geen schrik voor ze te hebben vertelde ze nog, want er gebeurden nooit geen vervelende dingen. Maar ze zijn toch anders, in hun cultuur en kleding. De Roemenen leven ook eigenlijk niet goed samen met ze, want ze vinden dat deze Roma's vooral in het buitenland een verkeerd beeld geven van de Roemeense bevolking.. Van de andere kant vertelde Manette wel weer waardering te hebben voor mensen dat zij zich aan hun eigen cultuur vasthouden, maar meteen maakte ze toch ook weer het voorbehoud dat als Roemenië een deel wil worden van Europa ook de Roma's concessies zullen moeten gaan doen, want kinderen van 14 jaar uithuwelijken, dat is wel echt verwerpelijk! Maar hoe slecht dat de Roemenen en de Roma's ook met elkaar door de bocht kunnen... als een Romavrouw een lap stof voor een rok heeft gekocht laat ze die rok naaien door een Roemeense vrouw...

Later op de avond moesten we nog erg snel vluchten voor een soort wolkbreuk! We worden er nog handig in... De volgende dag moesten we tegen kwart voor tien de bus in op weg naar Sambata de Sus, waar het schitterende Brancoveanu-klooster staat. Tudor ging mee als gids, hij heeft hier zelf les gehad in icoonschilderen. Het klooster was begonnen met een prachtige orthodoxe kapel in de 16e eeuw. De laatste jaren zijn daar flink wat gebouwen en een nieuwe kerk bijgekomen. Er komen nu ook bussen vol toeristen. Wij hadden het geluk dat onze Tudor hier een opleiding had gehad, waardoor wij een hoekje bezochten wat onbekend is bij de toeristen, het atelier van de iconenschilders, de boerderij en een kaarsenmakerij. Dat was een mooi hoekje om te bezoeken. Na een eenvoudige maar lekkere maaltijd inde refter, geserveerd door orthodoxe monniken in hun habijt met muts.. was het weer tijd om op huis aan te gaan.

Tegen half vier konden we ons melden in de dorpsschool voor een workshop glasiconenschilderen. We waren wat later door weer een wolkbreuk... Na een rondleiding door de school werden we aan het werk gezet en leerden zo de bijzonderheden en problemen bij het maken van een icoon. Tudor was een geduldige en prima leraar en uiteindelijk gingen we allemaal met een mooi icoon naar huis. Want alle materiaal was ruim aanwezig en de finishing touch was de laatste versiering met bladgoud!! Wie had nu verwacht om dit in het arme Roemenië in een school aan te treffen! Iedereen was super enthousiast over deze middag!

Camperreis 2013 Roemenië deel 2

Deel 2 Roemeniëreis

Zondag 9 juni was weer een reisdag. Toen we alles op de plaats gezet hadden en de kastjes geblokkeerd waren zijn Gert en ik naar de kerk in het dorp gegaan. De dienst in de Orthodoxe kerk begon om 9 uur en zou tot 12.30 uur duren... Een fijne regeling bij dit geloof is dat je kunt komen en gaan wanneer je wilt... Dus wij kwamen binnen tijdens het gelui van de klokken... daar heb ik namelijk iets mee.. Er waren wat oude vrouwtjes met hoofddoek in de banken en wat mannen voorin waarvan er twee de gezangen verzorgden. Vooral de jongste had een prachtige stem. De priester die de mis deed liep achter de wand voorin, hij was af en te toe te zien door een open poortje, hij was aan het zingen en bidden. Er hingen brandende olielampjes voor in de kerk. De hele kerk was prachtig beschilderd met iconen. Toen ik daar zo zat voelde het heel bijzonder om zo omringd te zijn door de afgebeelde bijbel, met het gezang om mij heen. Het was een speciaal moment...

Na een 20 minuten in hoger sferen vertoefd te hebben wandelden we weer terug naar de camping en vertrokken naar de volgende halte. Dit kon rechtstreeks maar wij kozen voor de weg over de pas door het Fagaras gebergte.

Deze was net een paar dagen open. Van een groep Belgen hadden we al gehoord dat hij goed te rijden was alhoewel anderen weer zeiden dat het een slechte weg was... Maar wij gingen ervoor en hadden er zeker geen spijt van... Via de 1 en de 7c reden we door de bergen naar Custea de Arges. Boven lag nog best veel sneeuw, soms wel anderhalve meter hoog maar de uitzichten waren prachtig, het deed ons echt aan Noorwegen denken.

We hadden goede weg maar ook een stuk dat echt een lappendeken was. Maar hij dan wel een die gemaakt was door een slechte naaister... De naadjes sloten niet goed aan en af en toe was er een vierkantje vergeten en in die diepe gaten wilde je niet terecht komen met je wielen... Voor de chauffeur was het wel inspannend rijden.. We waren inmiddels aangekomen in een stuk van Transsylvania wat heel veel weg had van Oostenrijk. Groene bergen en dalen met grote chaletachtige woningen. Prachtig maar ik had het niet verwacht in Roenemië! Doordat we het laatste stuk achter een te zwaar geladen bestelbus reden die veel moeite had de berg op te komen en dit liet merken door een vervelende lucht te verspreiden, kwamen we pas tegen zessen in Bran aan op camping Vampire aan ( http://www.vampirecamping.com/ ) De borrel was al begonnen dus wij schoven naadloos aan! Het zonnetje scheen weer zoals we dat steeds weer hebben als we ergens aankomen, dit geeft je dan meteen weer een goed gevoel en ook zin om dit nieuwe plekje te gaan ontdekken.

Deze camping is van een Roemeense eigenaar die in Nederland woont en de beheerder is ook Roemeens maar spreekt perfect Engels en zoals wij later merkten ook wel wat woordjes Nederlands. En na een nachtje slapen met het getik van de regen op het dak worden we wakker met een stralend blauwe lucht. De stoelen en tafels worden buiten gezet.. De dames halen de bedden af en delen die maandag één wasmachine.. Want hoe dan ook de combinatie van maandag en mooi weer werkt bij de vrouwen toch op de was-spieren... Wie niet bij het wasmachine terecht kon stak zelf maar de handjes in het sop..

We hadden een vrije ochtend waarin iedereen genoot van het zonnetje. We moesten ons om twee uur melden voor de bus naar het kasteel van Dracula..

We konden het vanaf de camping bijna zien staan maar gingen toch met de bus omdat het weer steeds zo onstabiel is. Het kasteel is door Prins Vlad lll bewoond geweest in 1495. Vrijwel alle machthebbers die deze regio in handen wilden krijgen hebben op enige tijd met het kasteel van Bran te maken gehad. De laatsten die het zonder succes aanvielen waren de Turken in 1787.

De roman Dracula die later werd verfilmd werd geschreven door Bram Stoker in 1879. Hij situeerde zijn roman in en rond de valleien van Bistrita. Zijn boek is deels folklore en deels geschiedenis maar het wordt vooral geloofwaardig door zijn accurate beschrijving van Transsylvanië. Roemenië is en land van mythen en verhalen. Zelfs onder de communisten bleven de Roemenen geloven in magische wezens als heksen, elfjes, kabouters en vampiers al in een ver verleden werden deze wezens aangeroepen wanneer men zat te wachten op goed weer voor de oogst, maar even zo vaak hebben ze te maken met de angst voor het onbekende...Een aantal elementen van dit heidense geloof zijn overgegaan in de Christelijke Orthodoxie. Zo zijn in veel kerken de symbolen van de zon en de maan en de tekens van de dierenriem te zien.

Voor de meeste toeristen draait de beroemdste mythe om de Transsylvaanse graaf Dracula. Het fenomeen vampier heeft alles te maken met het wijdverbreide Oost Europese geloof dat gekwelde zielen uit hun graf konden verrijzen en zich in leven houden met het bloed dat ze uit levende mensen zogen. Verhalen over vampiers waren algemeen bekend in Roemenië, Bulgarije en Servië. De historische Dracula was in tegenstelling tot de Bram Stokers Dracula een Munteense prins, Vlad lll, ook wel de spietser genoemd. De Roemenen storen zich niet aan alle verwarring die Stokers Dracula heeft gesticht, en ze deinzen er niet voor terug om Dracula tot op het bot commercieel uit te buiten....

Maar in het kasteel dat wij in Bran bezochten lag zeker niet de nadruk op de mythe rondom Dracula. Het was een mooi ingericht kasteel met klein kamers, smalle gangen en ook smalle kleine trappen en veel torens. Die morgen genoten we allemaal nog van de zon maar net toen we het kasteel bezochten werd de lucht onheilspellend donker en barstte er een flink onweer los... dat gaf wel een apart sfeertje aan het geheel. Tegen 16 uur kwam de bus weer aanrijden en gingen we op weg naar een restaurant in de bergen. We reden weer door een mooi berglandschap met prachtige houten huizen. Het is wel duidelijk dat hier zowel in de zomer als in de winter veel toerisme is.. We waren lekker op weg toen de chauffeur plotseling stopte. “De boes ies kapoet” zei hij en we moesten verder gaan lopen... Maar 3 kilometer.... Zonder mopperen ging de hele ploeg op pad maar na zo'n 500 meter stonden er 4 paardenkarren op ons te wachten en konden we instappen!

De campingeigenaar,Tony, had dit zo georganiseerd en niet veel later passeerde de bus ons luid toeterend! Niks mee aan de hand. Later hoorden we dat de Tony heel verbaasd was geweest dat wij zonder commentaar aan de wandeling begonnen. Hij had dit grapje wel eens vaker zo gedaan maar wij waren de eersten die zonder commentaar gingen lopen

Dinsdag 11 juni was een vrije dag. Het was weer zonnig dus besloten we een gebied te bezoeken wat werd aanbevolen in het boekje Where to watch birds in Eastern Europe. We reden naar Poiana Brasov. Na wat puzzelen hadden we de kabelbaan gevonden. De wandelschoenen aan want het plan was om na wat rondkijken boven te voet weer af te dalen. Appeltje mee, stokken in de hand zagen we bij het kabelbaanstation dat ze op maandag en dinsdag gesloten waren en de rest van de week open… K ….

We gingen nog op zoek naar een kabelbaan in Sinaia, maar inmiddels hingen er donkere wolken tussen de bergen en dat resulteerde in een wolkbreuk zoals wij er da laatste tijd al meer hadden meegemaakt. Dus we waren onverrichter zake tegen drie uur weer terug op de camping waar geen drup gevallen was… We hadden gewoon aan de verkeerde kant van de berg gezeten.. ’s Avonds hadden we op de camping een BBQ met een Vampire wijntje, natuurlijk een rode.. Tony had goed gezorgd en had verschillende BBQ’s klaarstaan. Voor iedereen was er een bordje met verschillende soorten vlees. En frietjes met mayonaise… En frietjes met mayonaise!!!!!! Voor mij had hij gezorgd voor gepaneerde zalm! Zo brachten we de laatste avond op camping Vampire gezellig door.

Woensdag 12 juni trokken we weer verder. De eindbestemming voor die dag was camping Vasskert in Sovata.(www.szovata.hu) Gert had in het National Geographic boekje van Roemenië gelezen over gefortifiseerde kerken in de buurt van Brasov. De mooiste ligt, volgens het boekje in Prejmer. En die was ook bijzonder! 272 huizen of zalen in een muur om de kerk heen..

De muren van de citadel van Prejmer zijn imposant. Ze werden in de 15e tot 18e eeuw in drie fases opgetrokken. De binnenste muren werden voorzien van slaapvertrekken, eetzalen en zuilengangen, zodat de hele bevolking hier hun toevlucht kon nemen tijdens een belegering. De kerk was dan een soort van oase van rust.

Verder op de reis kwamen we nog door verschillende dorpen waar ook deze kerken lagen. Maar deze waren allemaal afgesloten en niet te bezoeken maar het gaf wel een beeld hoe dat het er hier aan toe ging. Het waren plaatsen waar de burgers bescherming konden zoeken tijdens aanvallen van buitenaf.

We reden door een prachtige omgeving, heuvels en dorpjes die daartussen verscholen lagen. Het valt op dat de huizen in deze dorpen er vaak mooi en verzorgd uitzien. Het zijn eigenlijk allemaal lange lintdorpen. Veel stroomdraden overspannen de straten. Dit maakt het moeilijk om in een dorp een foto te maken zonder allerlei draden in beeld.

Er rijden nog wel veel boerenkarren rond met een of twee paarden ervoor. We zien veel gebieden waar niets verbouwd wordt. Dat zijn dan velden met veel bloemen en gras. Misschien wordt het wel gebruikt als hooiland. Verder wordt er veel maïs en zonnebloemen verbouwd. De bevolking is over het algemeen heel vriendelijk, zwaait en zegt goedendag. Wel heeft de camper heeft veel belangstellig, iedereen kijkt verbaasd op en blijft kijken tot we voorbij zijn. Er rijden ook niet erg veel campers rond. Maar je wordt zo wie zo echt bekeken ook als je door het stadje of dorp loopt. Je kunt bijna van hun gezicht aflezen dat ze denken wat komen die hier nu zoeken… Wij weten dat ook nog niet zo. Het is weer een heel ander land dan bijv. Hongarije.. Doordat we nu in deze groepsreis zitten doen we veel steden en kerken. De steden zijn wel bijzonder je ziet heel veel invloeden van alle Duitsers die hier tot het communisme gewoond hebben. Mooie huizen met veel houtsnijwerk en versieringen in het stucwerk tegen de gevels. Dit is in veel gevallen wel verwaarloosd geweest tijdens de communistische tijd. Nu wordt hier wel weer veel aan gerenoveerd. Maar het blijft toch wel een arm land met veel vergane glorie. Zaten we niet in een groepsreis dan zouden we toch meer natuurgebieden gaan bekijken en misschien weer een heel andere indruk krijgen. Er zijn hier wel veel mooie gebieden die een bezoek zeker waard zijn maar dat moeten we dan een andere keer gaan.. In de bossen leven hier nog beren, grijze wolven en lynxen. Voor die beren hebben ze hier ook waarschuwingsborden in het verkeer want er zijn dorpen waar 's avonds de beren de vuilnisbakken komen plunderen.

Goed, we genoten van deze rit binnendoor, van de mooie landschappen, de vogels en Gert zag nog een schreeuwarend! Ook klapeksters, de kleine en de gewone. We reden over een wat op de kaart een kleine gele weg is maar wat je hier wel ziet is dat de kwaliteit van de grotere rode wegen soms slechter is dan de witte of gele weggetjes. Bij deze laatste zit je soms achter een tractor of een paardenkar maar je kunt stoppen waar je wilt en hebt niet zoveel last van de grote vrachtwagens. Met al dat genieten kwamen we pas tegen zessen aan op de camping en zat iedereen al aan de lange tafel voor het happy hour…

Maar doordat we de laatsten waren hadden we wel een plekje aan de buitenkant met wat vrij zicht, want ook deze camping is niet groot…

De camping ziet er prachtig uit, mooi verzorgd en we staan in de boomgaard. De volgende dag is een vrije dag en als na het ontbijt het zonnetje door komt gaan we wandelen naar het Lacul Ursu, het berenmeer. Het heeft deze naam omdat het, als je er van boven op kijkt de vorm heeft van een beer. Dit meer heeft zo’n hoog zoutgehalte dat het diepe water de hitte van de zon vasthoudt. De bovenlaag is kouder dan de onderlaag. Het water zou ook geneeskundige kwaliteiten hebben. Er zijn wat kuuroorden rondom het meer. En daardoor trekt het ook veel voornamelijk Roemeense toeristen. Wij deden een mooie wandeling door de bossen naar het meer toe. Ik ontdekte bloemen die ik nog nooit eerder had gezien en Gert scoorde nog een appeltaartvogel, de kleine vliegenvanger! Er waren veel paddenstoelen in het bos en boven de meertjes veel libelles. We zagen rondom het meer, gewoon tussen de bomen in de bosgrond, hele zuilen van zout. Dit hadden we nog zo gezien.. Door Geologische veranderingen zijn hier rond 1850 deze zoutmeren ontstaan.

We zaten na de wandeling aan een kopje koffie in een café aan het meer. Het zonnetje verdween en binnen no-time viel er een enorme regenbui die maakte dat we geen kant meer op konden. Het terras en de straten stonden al snel blank. We hebben in deze reis nog geen dag gehad dat er toch niet vroeger of later een flinke bui viel… later werd het wel weer droog en hebben we nog lekker genoten van het zonnetje. Gelukkig waren er nog mensen op de camping achter gebleven die onze was hadden gered!

Donderdag 14 juni reden we naar de volgende bestemming: camping de Vuurplaats.(www.vuurplaats.eu) We reden die dag door de een smalle kloof. Het was een lange weg, de kloof was prachtig. Maar er zat ook weer heel veel echt slechte weg tussen. Het is maar goed dat Gert al heel veel ervaring heeft opgedaan op de Afrikaanse wegen… met zijn potholes.. We zagen minder vogels dan verwacht in de kloof. Misschien niet genoeg gespeurd? Al met al hadden we een prachtige route. We kwamen pas na zessen op de camping aan en daar bleken alle campers op een klein veldje erg dicht op elkaar gezet te zijn… Niet iedereen bleek daar erg blij mee.. Wij hadden geluk dat we het zo mochten wij ons campertje op een plek voor de passanten zetten… met een prachtig uitzicht.

Ik vind dat wel een van de nadelen van deze reis, we staan steeds op kleine Nederlandse campings. Want dat is de opzet van Cagrom, om de Nederlandse campings in Roemenië bekend te maken bij een groter publiek. Maar als je met zoveel combinaties op een klein campinkje staat betekend dat ook dat je met 48 mensen 3 toiletten en 3 douches moet delen… Deze campingeigenaren zijn een beetje aparte mensen die bij veel mensen het nekhaar overeind deden staan… Kortom, de stemming was niet echt tevreden! Maar.. de volgende dag kwam er een bus en gingen we met een Duits sprekende gids op weg om een dag rond te kijken in Bucovina zoals de streek hier heet. De eerste halte was bij een klooster uit de 16e eeuw in Moldivista.

Een zeer strenge non sprak ons dreigend toe, we mochten niet filmen en foto’s maken als zij aan het woord was.. en verder had zij de wind er flink onder. Maar ze had wel een goed verhaal over de geschiedenis van dit klooster en ook kon zij alle afbeeldingen op de buiten en binnenmuren van de kerk verklaren. Ze nam hier uitgebreid de tijd voor en af en toe probeerden er wel eens wat mensen af te haken maar die werden zonder pardon weer bij de les geroepen… En het mooie was dat zo’n groepje mannen dan ook nog gehoorzaamden aan haar commando’s. Ze had een erg doordringende stem en z ook zij deed de uitleg in het Duits. Die dag bezochten we ook nog een eiermuseum, waar we een prachtige collectie eieren zagen die met een soort batikmethode werden beschilderd. We deden nog een klooster en een pottenbakkerij waar ze werkten met zwart bakkende klei. Tussendoor lunchten we nog in een groot restaurant en kregen een echte Roemeense maaltijd voorgeschoteld, heerlijk! Als laatste bezochten we ook nog het Sucevitaklooster.

Ook dit was 16e eeuws en prachtig beschilderd. Het was een goed gevulde dag en iedereen was tevreden.

En zo werd het weer zondag en nam John (campingeigenaar) ons mee naar de Roemeens Orthodoxe kerk in het dorp. We stonden allemaal in het vrouwendeel, dat hadden we zo afgesproken. Dit is de achterste ruimte in de kerk, een ruimte verder, ze staan met elkaar in verbinding, is het mannendeel. Daar zingen en bidden de mannen. De vrouwen bidden meer in zichzelf en het is ook wel een sociaal gebeuren, iedereen wordt begroet schouderklopjes en zoenen. Wij kregen soms ook een klopje en werden ook begroet. Later kwam de priester in het vrouwendeel alle namen voorlezen van degenen waarvoor gebeden werd. Het was wel leuk dat onze namen ook allemaal werden genoemd. Daarvoor had John gezorgd door een briefje met onze namen en daarin wat geld gevouwen op het misboek van de priester te leggen. Wat geld erbij zorgt schijnbaar ervoor dat de boodschap beter aankomt boven… Het was een leuke ervaring om dit zo eens mee te maken. We hebben wel gezien dat het hele gebeuren een mannenzaak is bij dit geloof. De mannen staan met de kaarsen in een kring om de priester en alle vrouwen hebben een plaatsje daarachter of in de hal… De vrouwen hebben hier duidelijk een ondergeschikte rol. Na zo de dienst een uurtje te hebben gevolgd verlieten we de kerk weer, bij dit geloof mag dat, je kunt in en uit lopen wat ook wel weer logisch is want zo’n dienst duurt drie en een half uur en dat alles staande…

We wandelden naar een klooster hoger in de bergen. Het is een prachtige omgeving waar we nu verblijven, echt in de bergen met weer heel veel bloemen! Aangekomen bij het klooster ging net de kerk uit en iedereen die de kerk verliet kreeg een rond brood uitgereikt. Bij navraag bleek dat er eerst nog een dode herdacht moest worden. Dat gebeurt bij dit geloof 40 dagen na het overlijden, dan nog eens na een half jaar. En dan nog eens na een, vijf en tien jaar. De priester, twee nonnen en mensen van de familie uit het dorp volgden met vaandels met afbeeldingen van heiligen en broden en fruit. De broden zijn rond en deze symboliseren de oneindigheid van leven en dood. Er werd bij het graf getreurd, gebeden en gezongen en het graf werd versierd met het brood en de meegenomen bloemen en groenten. Het is gebruikelijk dat deze ceremonie wordt afgesloten met een maaltijd. Dit is voor bijna alle families hier een financiële ramp want er komen vaak wel zo’n honderd mensen… Nu was deze maaltijd door de nonnen verzorgd en konden wij tegen betaling mee aanschuiven in de refter aan lange tafels. Natuurlijk werd ook hier eerst weer gebeden voor we de soep konden opscheppen… Het was een echte ouderwetse zondag wat dat betreft…De maaltijd was een eenvoudig maar ook voedzaam dus was het niet verkeerd dat we diezelfde vier kilometer weer terug moesten lopen…

Maandag 17 juni Na al dat gezamenlijk bidden hadden we bedacht om er eens een dagje met z’n tweetjes op uit te trekken. We namen een uitgezette wandelbeschrijving van de camping mee voor een wandeling naar de hoogvlakte. Het werd een prachtige tocht van wel 20 kilometer.

We zijn nu in de Regio Moldavië. Dit ligt in het noord oosten van Roemenië. Dit deel van Roemenië is al in bezit geweest van veel andere landen, Rusland, Turkije, Polen en Habsburg. Het ligt tegen de Oekraïne aan. Het oostelijk deel van Moldavië kenmerkt zich door uitgestrekte vlaktes met hier en daar een landschap van lappendekens. Wij zaten in Bucovina, dat ligt wat meer westelijk in Moldavië. Vanwege de dichte beukenbossen noemden de Habsburgers de streek Buchenwald toen ze dit gebied in handen kregen. Dit werd later door de Roemenen verbasterd tot Bucovina. Het zijn uitgestrekte bossen, niet alleen beuken maar ook veel naaldbomen. In deze bossen leven nog beren, wolven, lynxen, reeën, herten en vossen. Jammer dat we in deze reis niet echt de gelegenheid hebben om eens op onderzoek uit te gaan naar deze dieren maar misschien heb ik dat eerder ook al een keertje gezegd… Maar de wandeling die we vanaf de camping deden gaf wel een goed beeld van het prachtige landschap hier in Bucovina. De handleiding die we hadden meegekregen van de camping bracht ons naar de hoogvlakte. Onderweg zagen we heel veel bloemen, ook de blauwe akelei en de gentiaan. En drie soorten orchideeën waarvan we er één al eerder gezien hadden. Gert ontdekte twee schreeuwarenden die door een buizerd werden gepest. In de plassen op de weilanden sprongen vuurbuikpadden rond en om de natte plekken te vermijden liepen we door het vochtige gras en toen schoten er twee slangen voor onze voeten uit.

De uitzichten waren fantastisch, maar we genoten zo dat we vergaten op de details van de beschrijving te letten. Uiteindelijk wisten we echt niet meer waar we waren op de route dus keerden we om, we hadden zo genoten op de heenweg dat dat geen straf was…

Onze tijd op de vuurplaats was weer voorbij! We hadden mooie dingen gezien tijdens de dagexcursie met de Duitstalige gids, kloosters en het eiermuseum. Heerlijk Hongaars gelunched in een leuke gelegenheid. Het bezoek aan de kerk en de nonnen boven op de berg was een mooie ervaring. De wandeling die we met ons tweetjes deden was zeker voor herhaling vatbaar! Dus niets dan lof en misschien als je op deze camping niet met een hele groep maar alleen met je eigen campertje binnenvalt dat de eigenaars ook wel meevallen/!

We verplaatsten ons op via Vatra Dornei, Bistrita, Reghin, Targue Mures en Mica naar camping Doua Luni in Blajel. We werden weer ontvangen met een hapje en een drankje. Gelukkig deze keer ook wat heerlijke zelfgemaakte limonades. Tijdens dit welkomstdrankje werd het programma dat voor ons was bedacht uitgelegd en het zag er goed uit!

20 augustus 2013 Rond 10 uur vertrokken we naar Medias naar de glasfabriek. We werden vervoerdindrie auto’s; niet iedereen ging mee. De fabriek zag er oud en vervallen uit. Als we hier niet hadden binnengekeken zou ik gedacht hebben dat hij leeg stond. Vroeger werkten hier 5000 mensen nu nog 240. De glasblazers stonden in een kring rondom de vuren. Het waren er een stuk of 20. Rondom liepen dames om de klare productenmet een flinke tang aan te pakken, want alles was nog gloeiend heet. Deze producten werden dan in een lange oven gezet. Aan het eind kwamen ze er afgekoeld uit en vond de eerste controle plaats op fouten in het glas. Vroeger maakten ze hier hele series van producten, nu werd er alleen nog op bestelling gewerkt. Ook de productie van kristal is verleden tijd. De glasblazers, de vakmannen, verdienen 450 euro per maand, de dames daaromheen moeten het met 250 per maand doen. Ze werken in zeer slechte omstandigheden, altijd veel te warm en veel slechte dampen. Het kijken in de vuren zal ook niet best voor de ogen zijn… Maar er werden mooie dingen gemaakt en Gert en ik mochten ook een vaas blazen, proberen dan…

Het bezoek aan de glasfabriek eindigde met een rondleiding door de winkel. Als we in Nederland waren geweest had ik het wel geweten, want voor de prijzen hier kun je voor een habbekrats een prachtig glasservies aanschaffen. Maar ons campertje is maar klein en we hebben geen ruimte genoeg om al deze kwetsbare spullen mee te nemen. Ik kocht nog wel een mooie fruitschaal, niet van glas of kristal maar Robin. Dit schijnt nog een betere soort glas te zijn. Het was niet daarom dat ik hem kocht, maar de kleuren zijn prachtig en hij is een beetje art-deco!

Na een bakkie koffie bij de Italiaan aan de overkant gingen we naar Axente Sever of zoals het ook genoemd wordt: Frauendorf.

Daar bezochten we een wherkerk, oftewel een gefortificeerde kerk. In dit dorp woonden in die tijd Saksen. Het systeem van zo’n wherkerk heb ik aleerder uitgelegd toen we in Pejmer waren geweest. Deze keer hadden we een Nederlandse gids en zij kon ons de uitleg geven die we in Pejmer hadden gemist. We klommen nog vele trappen de toren in waar we een prachtig zicht hadden over het dorp en de omgeving. Alle dorpen zijn hier lintdorpen. De huizen liggen vrijwel direct aan de straat en zijn afgesloten door hoge poorten. Gelukkig zijn de huizen in mooie kleuren geschilderd anders zou het een dooie boel zijn geweest. Meteen achter de poort is een overdekt terras. Dit is overdekt met druivenranken, daarachter is een open stuk met een houten hutje, het toilet. De meeste mensen hebben inmiddels een badkamer maar de “grote” boodschap wordt nog steeds in dat hutje gedaan, want dat vinden ze te vies om binnen te doen. Dan komt de moestuin en daarachter ligt weer de boomgaard. Van bovenaf konden we mooi zien dat alle huizen deze opbouw hadden. Na nog een wandeling door het museum waar de kleding en werktuigen van de Saksische bewoners te zien waren was het tijd geworden voor de lunch en dat gebeurde bij een meer. De Roemenen trekken op zondag massaal naar buiten om te gaan picknicken. In de schaduw onder een boom werden dekens neergelegd en iedereen smeerde er zijn eigen boterhammetje. Hans, de campingeigenaar had goed ingekocht er was voor ieder wat wils..Na deze maaltijd moesten we weer snel terug naar de camping, want er stond nog een wandeling op het programma naar een bijeneters-kolonie en ook nog een wijn proeverij. De bijeneters zaten waarschijnlijk op de eieren of waren al klaar met nestelen, want we zagen veel nestgaten maar het aantal bijeneters viel tegen. We proefden de witte wijn uit de streek en namen meteen maar een flesje mee..

De avond was gevuld met een optreden van een Roemeense dansgroep uit het dorp. Ze konden beter dansen dan zingen, want dat ging nogal eens ontzettend vals.. maar wel hard!

Er kwamen ook nog twee knullen dansen en die deden het bijzonder goed. Ondertussen werd er een maaltijd geserveerd van de BBQ. En na afloop vulden we zelf de dansvloer. Het was een geslaagde avond en zo al met al ook een zéér gevulde dag geweest…

Donderdag 20 juni.Vertrek om 10.00 uur met de bus naar Sighisoara. Dit is een prachtig gelegen stadje, een soort citadel boven op een heuvel. Volgens het boekje is het een van de mooiste stadjes van Transsylvanië. Het burchtcomplex werd aangelegd in 1241 door de Tartaren. De Saksen vestigden zich hier al in de 12e eeuw. De meeste huizen zijn gebouwd aan het eind van de 17e nadat een brand de stad had verwoest. Op het hoogtepunt van de macht had de burcht 14 torens en bastions, waarvan er nog 9 overeind staan, en drie ringen van verdedigingemuren. De 13e eeuwse burcht van Sighisoara wordt volledig omgeven door de benedenstad en lijkt hierdoor wel te zweven.

De huizen zijn allemaal in goede staat en geschilderd in allerlei kleuren. Het doet heel Duits aan. Er zijn veel restaurants en souvenirwinkeltjes. Er is een overdekte houten trap die is aangelegd door de leerlingen van een Duitse school op de heuvel. Als je deze trap neemt kom je op het hoogste punt bij een kerk uit. Wij kregen ruim de tijd om de stad te bekijken. Echt heel veel vonden we er niet te zien, maar terrasjes waren er in overvloed dus…En nog een klein detail, hier staat het geboortehuis van Graaf Dracula!

In de tweede helft van de middag reden we door een licht glooiend landschap naar Biertan. Daar bekeken we een Saksische kerkburcht, een Weerkerk maar eigenlijk moeten we het schrijven als Wehrkerk. Dit keer een hele hoge kerk binnen drie muren. De kerk was sober ingericht. Ook hier was een ruimte om goederen op te slaan, zodat in tijden van aanvallen op hun dorp de dorpelingen bescherming konden vinden binnen de muren van deze kerk.

Er waren ook nog onderaardse gangen die vanonder de kerk op de velden uitkwamen, zodat in tijden van beleg ze toch af en toe wat van de oogst van de velden konden halen. We hadden een goede gids die alles leuk kon vertellen in het, heel toepasselijk, Duits. In ditzelfde dorp vonden we het restaurant waar Hans ons diner had geregeld. We gingen weer met z’n allen aan tafel en moe en voldaan aanvaarden we daarna de terugtocht naar de camping met de bus. Een klein uurtje rijden was het en Wilma had de koffie klaar staan toen we aankwamen.

Het weer is de laatste dagen veranderd, we hebben nu meer het weer dat bij dit land hoort: de hele dag zon en temperaturen rond de 35 graden. Na de koffie was iedereen nog zo warm dat in een mum van tijd iedereen in het zwembad lag. Hans had nog nooit zoveel mensen tegelijk in zijn zwembad gezien… We zwommen in een lange rij in de rondte en zongen:” alle besjes liggen in het water, falderalderiere…

Vrijdag 21 juni. Deze dag hadden we een vrije dag. We hadden al eens geïnformeerd bij Hans of we misschien een wandeling konden maken daar in de omgeving en dat kon wel, hij had wel een tip. Maar we waren wat laat gedraaid en toen was het inmiddels zo warm dat we maar besloten om van de vrije dag ook een echte vrije dag te maken. Beetje lezen, beetje zwemmen en vooral veel in de schaduw zijn… Aan het eind van de middag gingen we nog mee met de dorpswandeling.

Er wonen in en rond dit dorp Blajel 3 groepen Roma’s. De Roma’s komen oorspronkelijk uit India en zodoende kennen en leven zij ook met het kaste-stelsel. Zo woont de ene groep in prachtige huizen, meestal niet helemaal afgebouwd. Deze huizen zien eruit als paleizen.. Veel pilaren, minstenstwee verdiepingen en veel balkons. Vaak zijn deze huizen maar voor een klein deel klaar, maar in dat deel wonen ze al. Deze Roma’s hebben werk als koperslager of dakgotenmaker. Deze mensen bedelen niet. De andere groep bedelt wel en ze wonen met meerdere mensen samen. Ze verkopen producten op de markt of gewoon langs de weg. Ze hebben allemaal een donker uiterlijk, de mannen zien er onverzorgd uit en de vrouwen dragen prachtige gekleurde rokken met veel glinsterdingetjes erop. Ze proberen steeds zich te laten fotograferen en willen daar dan natuurlijk geld voor hebben. Dan is er nog een groep, die volgens Hans in grotten in het bos wonen. Zij worden wel als lastig ervaren, bedelen veel, vallen mensen lastig en leven duidelijk naast de maatschappij, zij behorentot de laagste kaste en ook de andere groepen Roma’s willen ook niets met hen te maken hebben. We zagen dat er in dit dorp van 1500 inwonersvijf kerken van een verschillend geloof zijn. Sommigen hebben maar 20 kerkleden… Maar allemaal wel een kerk in redelijke staat, soms helemaal nieuw. En bij iedere kerk een groot kerkhof. De kerkhoven zijn hier in Roemenië groot want er worden nooit graven geruimd… In onze ogen zien de kerkhoven er wat onverzorgd uit omdat er overal hoog opgeschoten onkruid staat.

Dit is kijken met Nederlandse ogen werd ons verteld, de Roemeen laat het onkruid zo hoog worden zodat hij het later weer als voer aan de dieren kan geven. Ze gooien zo weinig mogelijk weg. De huizen zijn klein en op de voorgevel staat in reliëf in het beton een kruis, zo kun je zien wat het geloof is van de bewoners. In de tijd van Ceausescu mochten de huizen niet groter gebouwd worden dan twee kamers breed. Dat was ruim voldoende voor één gezin vond hij…Een van de weinige voordelen van de Ceausescu tijd was dat iedereen werk had. Wel moesten de vrouwen zich verplicht iedere drie maanden laten keuren en als ze gezond en getrouwd waren en niet zwanger, danmoest er een boete betaald worden. Het volk moest zorgen dat er veel werkkrachten ingezet konden worden…

Op de berghellingen rondom dit dorp zie je nog de lijnen van de wijngaarden die hier vroeger lagen. Vroeger had ook iedereen hier zijn eigen moestuin, boomgaard en wat dieren. Nu gaan er bewoners weg, overlijden of kunnen de grond zelf niet meer bewerken, de grond wordt dan opgenomen in coöperaties. De deelnemers kunnenkiezen om daarvoor goederen of geld terug te ontvangen. Het nadeel is dat je nu erg grote velden met dezelfde producten ziet en er wordt kwistig gestrooid met mest en verdelgingsmiddelen. En dat laatste is misschien ook wel de reden dat we tot nu toe nog erg weinig vogels hebben gezien. Onze begeleidster vertelde ook van vee wat sinds de coöperaties om onduidelijke redenen ziek werd en stierf.

Camperreis 2013 Roemenië deel 3

22 juni. Weer een reisdag. Gert had weer een alternatieve route bedacht. In het reisprogramma wordt altijd een route beschreven die je snel naar het nieuwe adres brengt. Jammer is ook dat er verder weinig informatie gegeven is wat er onderweg te zien of te doen is. Iedereen in de groep loopt daar wel een beetje tegen aan. Maar Gert is een echte kaartlezer, hij puzzelt steeds wel weer een mooie route uit waar we wat mee kunnen. Zo ook weer deze dag.

Onze eerste stop is Rimetea in de Aries-vallei. We hadden een mooie rit door een prachtig landschap, het is echt heel erg mooi hier. Dit dorpje is gesticht door de Hongaren maar in de 14e eeuw werd dit gebied gekoloniseerd door de Saksen voor winning van ijzererts.

Dankzij een ondernemende burgermeester en enige steun uit Boekarest is bijna de helft van de 315 Sakische huizen gerestaureerd.

Niet zover bij dit dorp vandaan ligt de prachtige Cheile Barcaului kloof. Steile rotswanden omsluiten een klein riviertje. Je kunt er met de auto komen maar de weg loopt dood en vanaf het eindpunt van de weg kun je wandelingen maken in de kloof maar ook in dit hele natuurgebied. Wij hadden niet zo heel veel tijd meer over maar liepen toch nog een stukje de kloof in en vonden het heel indrukwekkend.

Dit is zeker een gebied waar ik, als we nog een keer naar Roemenië teruggaan, beter wil gaan bekijken. Toen we op de camping, camping Eldorado ( www.campingeldorado.com), arriveerden zat de groep al bij elkaar voor de welkomstborrel en konden we meteen aanschuiven… (( Voor meer informatie over de Nederlandse eigenaar van deze camping en de projecten die zij hebben in Roemenië:www.stichtingcontactenroemenievianen.nl) Door een onweersbui brachten we de avond in de camper door. Deze camping ligt in Gilau in de buurt van Cluj- Napoca. Het ligt tegen een berggebied aan het: Apuseni gebergte. We blijven hier maar twee nachten en helaas zijn er geen uitstapjes geregeld door Cagrom…

De dag na deze reis was een dag zonder uitstapje. Er was daar genoeg te beleven in de naaste omgeving, een schitterend berggebied maar er was niets geregeld en op de dag van aankomst was dat niet meer te realiseren… jammer maar dit was wel een misser van Cagrom…

De camping lag aan zo ongeveer de drukste weg van Roemenië en alleen door 3 à 4 kilometer langs die weg te lopen kon je in het stadje komen… Dus dat werd een wasje draaien, lezen en een beetje puzzelen. Voor Gert betekende het de reis van de volgende dag voorbereiden! Die avond stond de gezamenlijke maaltijd gepland en zo moesten ervier mensen een hoofdgerecht koken voorzes personen endrie een voorgerecht voornegen personennet alsmet het nagerecht. De tafels en stoelen werden in een kring gezet en ieder zette wat hij had gekookt op zijn tafel en daarna kon iedereen bij iedereen gaan opscheppen! Gedurende de reis was er onderling veel kritiek geweest op deze door de reisleiding geplande activiteit en waren er toch wel een aantal mensen flink zenuwachtig geweest of ze wel iets speciaals op tafel zouden kunnen zetten… iedereen heeft lekker gegeten die avond en de weergoden waren ons ook welgezind, want het bleef de hele avond droog. Na afloop moest iedereen natuurlijk tegelijk aan de afwas was een run op de aanrechten opleverde en nog wel wat meer komische situaties…

Maandag 24 juni was weer een reisdag en wel naar Gyula Thermal camping (www.gyulatermalkemping.hu ). Deze camping ligt weer in Hongarije en zo is dan de tour door Roemenië rond.. De route die in het reisboek van Cagrom is opgegeven vond Gert wat te snel, deze loopt alleen via de doorgaande weg. We hebben de vorige reisdag nogmaals beleefd wat een piraten dat die Roemenen op de snelweg zijn…, we moestentwee keer hard op de remmen om een inhalende auto nog ruimte te geven.. En ook hadden op een gegeven moment twee auto’s voor ons ruzie en die haalden ook de vreemdste capriolen uit… We hebben het er niet zo op. Binnendoor is de weg niet eens altijd slechter, alleen je treft wat vaker een paard en wagen of een tractor. Omdat we hier in een prachtig berggebied zaten wilden we daar eigenlijk nog wel wat meer van zien, maar dat kon alleen door zo’n 100 km extra te rijden over wegen waarvan niet duidelijk was of ze goed berijdbaar waren.. Goed, we hebben er lang over gedubt en maandagmorgen om 8.00 uur besloten we om er toch voor te gaan.

We hadden een geweldig mooie rit, we waren 10 uur onderweg! We reden hoog door de bergen met uitzichten die wij alleen kenden van bergwandelingen op flinke hoogte! We reden zo hoog over zandweggetjes en iedere keer als we een boerderij passeerden en ik zag een tractor staan was ik weer gerustgesteld, die zou ons er wel uit kunnen trekken als we vast kwamen te zittten…We hadden een stuk van15 km onverhard en wel evenzoveel km asfalt met potholes en dan ook nog eens een km of 15 asfalt waar steeds vierkante gaten in zaten ter voorbereiding voor de asfaltwagen… Dus we hupten, wiebelden, slalomden en schokten van de ene kuil in de andere en uiteindelijk bleek dat alles toch nog vast zat, alleen de inhoud van de kastjes was wat door elkaar gehusseld. We waren wel 10 uur onderweg geweest, maar doordat de klok in Hongarije een uur vroeger staat dan in Roemenië kwamen we toch nog op tijd, voor 18 uur binnen… Niemand van de groep had deze route ook aangedurfd en iedereen was verbaasd dat we er al weer waren… Maar het was echt de moeite waard geweest, over grindweggetjes hoog door de bergen met fantastische uitzichten, we kwamen kuddes koeien, paarden en schapen tegen. Hoog bloeiden alle kleuren wilde bloemen in de bergweides. Ook zagen we vandaag weer dat er toch ook erg arme dorpjes zijn hier in Roemenië. Echte bouwvallige hutjes zonder ramen of deuren waar toch ook gezinnen in wonen. Maar ook weer huizen die je juist in Oostenrijk zou verwachten.. Overal werden we daar hoog in de bergen nagestaard en zelfs werd onze camper daar een keer gefotografeerd. De spoorwegovergangen zijn in Roemenië een verhaal apart, je kunt er echt alleen stapvoets over want hoe je de ruimte tussen de rails vlak op moet vullen dat hebben ze in het hele land nog niet uitgevonden..

HONGARIJE

Dinsdag 25 juni kunnen we met het toeristentreintje dat op de camping overnacht in alle vroegte naar het thermaalbad. Maudy en Peter uit de groep hadden de dag daarvoor al onderzoek gedaan in het stadje en zij hadden een konditorei gevonden die we zeker niet mochten overslaan.. Om niet in de problemen te komen met de lunch werd besloten om dan nog maar voor het thermaalbad aan de koffie mét te gaan..

Het was inderdaad een soort Luilekkerland daar. We zaten er met z’n vijftienen aan de koffie en bijna iedereen had een ander taartje erbij genomen… Smullen!

Daarna moesten al die calorieën er weer afgezwommen worden in het zwembad. De temperatuur was er tussen de 34 en 38 graden en het water had en donkerbruine kleur. Je kon binnen en buiten, het was een enorm groot complex met massagekamers en andere behandelingsmogelijkheden… Wij hadden wel plezier in het warme water er kletsten er heel wat af. De Hongaren daartegenover waren bloedserieus en bij hen kon er geen lachje af. Misschien zijn het hier wat sombere mensen of is kuren een serieuzere zaak dan wij denken… Het water bevat in deze streek veel mineralen en ijzer en vanwege dat laatste is het advies om na afloop goed te douchen, om roestvorming te voorkomen.. Het was vandaag een bewolkte dag en dat was weer jammer, want anders is het natuurlijk allemaal veel levendiger in zo’n zwembad.

De dag daarna gingen we weer verder of eigenlijk terug, voor de laatste dagen van de georganiseerde reis, naar Theo en Tineke. Dat wordt dan camping Oazis Tanya (www.oazistanya.com) en daar worden we weer herenigd met onze fietsen… Het zal een weerzien worden!

Woensdag 26 juniWe reden 260 km naar camping Oazis Tanya. We deden de Tesco supermarkt onderweg aan en daar vonden we waar ik al zo lang naar op zoek ben.. Soja yoghurt! Een maal eerder konden we het kopen bij de Carrefour en nu dus ook bij de Tesco! Toen we op de camping kwamen bleek iedereen al weer aanwezig. Er was niet meer echt op ons gerekend, want we moesten echt zoeken naar een plaatsje. Uiteindelijk vonden we een plekje vlak bij een moerbeiboom, wat resulteerde in veel vuil-inloop in de camper. In no-time zaten onze zolen onder een vieze plak van de gevallen bessen.. We hadden weer een welkomstborrel en eigenlijk had ik het wel een beetje gehad met die borrels…

En het stond niet in het programma, maar we werden ook nog verwacht aan de gezamenlijke maaltijd.. Tineke had voor 21 mensen gekookt en voor mij een speciaal schaaltje met hetzelfde gerecht, maar dan zonder vlees maar dan met ei.. Je kunt dan ook niet zeggen, sorry, niet op gerekend, wij komen niet.. Het eten was binnen vanwege een koude wind!

We hadd op deze laatste camping geen programma meer. Hetwas eigenlijk wachten op de afscheids BBQ op vrijdagavond. We hoorden de afgelopen dagen heel wat gemopper in de groep over de laatste dagen van deze reis, er was geen programma meer, maar er was wel een paar dagen hier gepland.. Wij zagen het ook niet zo zitten, dus wij hadden meteen al bij de welkomstborrel, op woensdag gemeld dat we vrijdagmorgen al verder zouden trekken. We hebben donderdag nog een rondje over de puszta gelopen. Het was duidelijk dat het hier heel warm en droog was geweest. Er was niet veel kleur meer op de puszta, de bloemen waren uitgebloeid. De bijeneters lieten zich niet meer horen of zien.

Vrijdagmorgen 28 juni deden we een afscheidsrondje langs alle campers en toen waren we weer met z’n tweetjes! We vierden dat meteen in Soltvadkert bij de bakker met een heerlijke taart bij de koffie! En toen gingen we oppad naar Fred en Vera die een SVR camping Fantazya Tanya (www.fantaziatanya.com) hebben in Szentkiraly.

Vorig jaar hebben we hier ook een paar dagen gestaan voor we naar Boedapest gingen. Het was een leuk weerzien met een dikke kus! We bleken weer de enige gasten en daar genoten we weer met volle teugen van. We hebben hier echt genoten van de rust na zo’n reis met dagelijks 20 mensen om ons heen. De eerste dag deden we helemaal niets, behalve ’s avonds gezellig borrelen met Fred en Vera op hun terras. Gert had zich hier voor het campertje geïnstaleerd met uitzicht op de velden om de Tanya heen.

Met de verrekijker onder handbereik zat hij daar en zo zag hij heel wat vogels voorbijkomen. De bijeneters, de grauwe vliegenvanger, de zwarte roodstaart, de kleine klapekster, de hop, de buizerd. En een paar maal per dag zagen we een haas door het veld springen; zou hij zijn leger in de buurt hebben?? De bijeneters waren net 14 dagen klaar met hun nest. Ze hadden hier een heel speciale plek gevonden om hun nesten te graven, namelijk gewoon in de berm, naast de weg, plat op de grond, niets geen slootkant of zandheuvel...

Zondag werden we door Fred en Vera uitgenodigd om mee te gaan naar de maandelijkse streekmarkt in Nagykörös. Dat was een leuke ervaring, er werd vee verkocht, schapen, geiten, paarden, koeien, varkens, kippen, eenden, konijnen en honden. Een varken dat met de nieuwe eigenaar mee moest gilde de hele markt bij elkaar...

Er was veel kleding en ook heel veel etenskramen… Op advies van Fred probeerden we een Langos. Dit is een platte oliebol die je naar keuze kunt laten besmeren, wij kozen voorknoflooksaus bestrooid met gemalen kaas. Het was een hele hap maar smaakte uitstekend!

Als afsluiting gingen we in het stadje nog even langs de ijswinkel en dat kunnen ze hier in Hongarije echt heel goed, heerlijke smaakjes ijs maken!

Van de weg terug maakte Fred een echte safari, door de kleinste weggetjes door de bossen te nemen zagen we nog twee reeën. En een scharrelaar! Maandag wandelden we in de omgeving en we waren weer geraakt door de prachtige natuur hier.

Hier was duidelijk nog meer in bloei dan op het vorige adres. Wat ook opviel was de grote variëteit aan vlinders. Ook de meekrap of kolibrivlinder zagen we veel. ’s Avonds kookte Fred voor ons en al natafelend met een lekker door Fred eigen gebrouwen wijntje vloog de avond om!

Er blijkt een muggenplaag te heersen in Hongarije na alle overstromingen van de Donau en de Tisza. We snapten het al niet, want de eerste avond hier is Gert de hele avond op jacht geweest in de camper en kilde hij er 75.. We dachten dat ze op de vorige camping in onze camper waren gevlogen, want daar stonden we onder de bomen.. Maar de volgende avond en nacht werden er nog eens bijna 60 vermoord.. Het aantal muggenbeten valt gezien het aantal wat rondvloog enorm mee. Maar ze zoemen echt irritant, dus ze moeten er toch aan geloven! Morgen gaan we toch maar een insectenspray kopen denk ik…

Na een paar heerlijke dagen in Szentkiraly gingen we oppad naar Der Lieber Dieter in Tiszafüred. (www.dieterscamping.eoldal.hu) Die camping kenden we al van vorig jaar. We hebben er toen een week gestaan en het toen erg naar onze zin gehad. We hebben ook nu weer langs het Tiszameer gefietst. Dat was wat verder dan we dachten, 70 km. Vorig jaar was er meer te zien aan vogels, bloemen en vlinders.. Het voorjaar is toch voor die dingen meer geschikt! Maar het was mooi weer en het fietspad was prima dus we klagen niet.. We wandelden ook nog een dag langs de visvijvers in de Hortobágyi.

Ook daar waren de bloemen nu ver uitgebloeid. We zagen wel drie zeearenden, een volwassen exemplaar en twee jongen. Verder nog de buidelmees die net uit zijn nestje vloog. We zagen nu drie nestjes, vorig jaar geen een, maar toen waren we waarschijnlijk te vroeg…De baardman hoorden we en de woudaap zagen we, en ook nog de Pontische meeuw! Het blijft een prachtig gebied om door te lopen! Het was wel vermoeiend, want het was die dag zeker dertig graden en geen enkele schaduw…en dan zo’n 22 kilometer lopen! We hadden onszelf beloofd om die avond te gaan eten in het restaurant van de camping. “Mevrouw Dieter” serveert er op haar manier en Dieter is de kok. Je kunt er echt heerlijk eten. Met “Mevrouw Dieter” kun je lachen, ze is echt een heel aparte met een speciale humor. Ze is Hongaarse, maar ze heeft van Dieter goed Duits geleerd. Je kunt bestellen wat je wilt, maar uiteindelijk manoeuvreert ze je toch naar wat zij denkt dat het lekkerste is op de kaart..

6 juli We hebben er nog een dagje uitgerust van het wandelen, fietsen en lekker eten. Zo vertrokken we zaterdag, na eerst de markt te hebben gedaan in het stadje. Dat wisten we ook nog van vorig jaar, dat dat echt de moeite waard is. Je ziet er alleen de lokale bevolking. Hongaren en Roma’s, ze verkopen daar wat Fred noemt “oude meuk” en de groenten uit hun eigen tuin, maar ook uit het bos denk ik, want we vertrokken met 700 gram cantharellen, een meloen en een rok…Niet dat die rok nu zo mooi was, maar het was een ouder stel en ik dacht dat ze het geld erg goed konden gebruiken…

Onderweg wordt ook heel wat handel gedreven langs de weg. Dit is zowel in Roemenië als in Hongarije het geval. Je koopt er meloenen, aardbeien, kersen, paddenstoelen of gewoon een bosje bloemen wat ze net geplukt hebben in hun eigen tuin… Het is allemaal ontzettend goedkoop dus we stoppen nogal eens. Nu is het inmiddels zo, als we vertrekken vraagt Gert al “Waar stoppen we vandaag voor? Kersen?”

Goed we vertrokken dus bij Dieter met als bestemming Dömös. Dit ligt 35 km ten noordwesten van Boedapest. Het was inmiddels zaterdag 6 juli. Ergens onderweg hadden we gehoord dat dat gebied een paar weken terug was overstroomd en dat het niet mogelijk zou zijn daar te kamperen… Voor we vertrokken hadden we per internet contact met de camping in Dömös en.. ze waren weer open en we waren welkom. We vonden er een plekje op deze prima camping met een zwembad met prettige afmetingen. Er was niet veel meer te zien van de overstroming. Dat werd wel anders toen we een dag later gingen fietsen langs de Donau. Aan de bomen langs de Donau was te zien dat het water nu nog steeds extreem hoog stond. De stammen van de bomen stonden allemaal nog onder water. Maar ook kon je nog ver op de oever aan het slik op de bladeren hoog in de bomen zien hoe hoog het water was gekomen tijdens de overstroming. Overal lagen nu nog zandzakken en er waren langs de oever van de Donau dijken van zand gemaakt.

Het was heel indrukwekkend om te zien hoeveel water er dan extra door deze rivier heeft gestroomd! We staken met pontjes de rivier over en fietsten langs de smalle autoweg, maar ook over prima fietspaden naar Visegrad.

De Romeinen bouwden hier al een castrum dat in de 9e eeuw door een groep Slavische immigranten in bezit werd genomen. Zij gaven de plek de naam Visegrád wat hoge burcht betekent. In de late middeleeuwen voegden de Hongaarse vorsten dit gebied bij hun jachtgebied.. Daarop verdwenen de meeste Slaven en steeg de Koninklijke belangstelling voor Visegrád. Deze lieten een echte vesting bouwen op de heuvel. Deze stond in verbinding met een grote whertoren aan de oever van de Donau.. In de donjon van de burcht werden de Hongaarse en enige tijd ook de Poolse kroonjuwelen bewaard. In de 14e eeuw liet de koning er een zomerpaleis bouwen. Helaas zorgden vier Turkse veroveringen en even zo vele tegenacties ervoor dat er weinig overbleef van deze schitterende gebouwen. Nu is het een bescheiden plaatsje met krap 1500 inwoners. Ondanks alle verwoestingen trekken de ruines van het paleis beneden en de burcht boven nog volop bezoekers. Het uitzicht vanaf de burcht over de omliggende omgeving moet prachtig zijn… wij zijn er niet aan toegekomen!

Het ziet er hier mooi uit, de Donau is een flinke rivier, op het smalste deel 200 meter breed. Het is niet Der Schöne Blaue Donau, maar meer Der Schöne Braune Donau, maar hij is omgeven door mooie groene heuvels en kleine stadjes langs de oever. En omdat dit nog steeds Hongarije is en de restaurants hier héél betaalbaar zijn, vulden we de wachttijd voor de pont op door een lunch te nemen in een Etterem. (restaurant) Ik nam als voorgerecht frambozensoep… bij ons zou dat een toetje zijn, frambozensoep met yoghurt met een flinke dot slagroom erop.. Ach, of je dat nu als voorgerecht of als nagerecht hebt, het smaakte heerlijk..

Wat ons hier steeds weer opvalt tijdens het wandelen of fietsen is dat als je in Frankrijk, Italië, Spanje of Nederland wandelt of fietst, iedereen zegt je goedendag. Eigenlijk net zo iets als dat boten die elkaar tegenkomen altijd groeten door een hand op te steken zo doe je dat met wandelen en fietsen door hallo, bonjour,bon giorno of buenos dias te zeggen.. Wat wij hier ook zeggen, je krijgt maar zelden een groet terug.. Zou dat toch nog een beetje een erfenis vanuit het oost-blok zijn? Ook op de camping is dat goed te merken.

We gingen hier nog een dagje fietsen en dan na het afscheid van Hongarije trokken we Oostenrijk in….

14 juli, vandaag werd in de tour de Mont Ventoux gereden, Mollema staat nog steeds twee in het algemeen klassement!

We fietsten in Hongarije, bij de Donauknie ook nog naar het plaatsje Esztergom.

We bezochten daar een prachtige basiliek. De aartsbisschop van Hongarije zetelt daar. Het is een prachtig gebouw in een mooie omgeving. Toen we eenmaal een toren hadden beklommen keken we zo Slowakije in. Maar we klommen nog wat hoger en nog wat hoger.. een beetje tegen mijn gevoel in, maar ik liep in het midden op een hele smalle wenteltrap, dus ik kon met geen mogelijkheid omdraaien. Het resulteerde uiteindelijk na zo’n 350 treden in een wandeling helemaal boven over smalle plankjes langs de groen uitgeslagen koepel… met knikkende knieën.

En toen kwam het moment om afscheid te nemen van Hongarije, we hebben het er weer prima naar onze zin gehad en ook nu vertrekken we met het gevoel: we komen nog een keertje terug! Net voor de grens met Oostenrijk vonden we in Mosonmagyarovar nog een Tesco supermarkt, daar konden we nog wat Hongaarse specialiteiten inslaan en toen was het echt gedaan. Via Wenen en Kornenburg reden we naar de camping in Krems.

OOSTENRIJK

We kenden deze camping nog van vorig jaar. Ze vonden het daar nu nog geen hoogseizoen dus we stonden er met onze ACSI kaart voor een prettige prijs. Het stadje is leuk om even door te lopen en er zijn genoeg terrasjes om een lekker Duitse Weissener te proeven! Langs de Donau reden we de volgende dag verder, via Melk, Salzburg, Bad Reichenhall en Inzell kwamen we in Reit am Winkl terecht op een camperplaats.

DUITSLAND

De natuur was echt Bayern geworden, prachtige alpenweiden en mooie bergen met dennenbossen. Maar ook veel verkeer en veel bussen met toeristen! Het moge duidelijk zijn dat het seizoen hier echt is begonnen! De camperplaats lag in Seegatterl en bleek vele mogelijkheden in de omgeving te hebben om te wandelen. Je kon er met een bus omhoog en dan boven wandelen of gewoon ook zelf naar boven lopen. Toen ik ’s morgens mijn rondje liep ontdekte ik orchideeën in de bermen en tussen alle andere bloemen in de weide. Zo besloten we om hier nog maar een dagje te blijven en te wandelen. We kregen tips van de Mevrouw van het camperbureau bij het afhalen van de broodjes ’s morgens. Dat waren tips over de wandelroutes, maar ook over de specialiteiten die we zeker moesten proeven als we boven in het restaurant aangekomen waren! Ze noemde de Kaisermandll als iets wat we zeker niet mochten missen…

Wat hadden we een goede beslissing genomen om daar nog een dagje te blijven! We liepen de berg op en ontdekten zeven soorten orchideeën. En verder nog heel veel andere bloemen, het was meer dan genieten! De vlier stond hier nog in de bloesem, terwijl we gezien hadden dat in Hongarije de eerste bessen er al in zaten! En na al dat genieten tijdens het wandelen gingen we nog even door in Winklmoos Alp, het restaurant boven en als toetje aten we samen de Kaisermandl. Dit bleek een dikke pannenkoek, die in stukken was gesneden en met poedersuiker bestrooid. Hij werd geserveerd met appelmoes. En.. inderdaad, héérlijk! Geheel versterkt liepen we de berg weer af en hadden uiteindelijk 17,5 km in de benen.

Na Reit im Winkl moesten we door, want we hadden met Agnes en Jan afgesproken, zij stonden in Brunnen op camping Brunnen aan de Froggensee. www.camping-brunnen.de We hadden een mooie rit daar naar toe, prachtige berglandschappen met groene alpenweiden daar tussenin. Het was een leuk weerzien! Maar er kwamen nog meer bekenden… de zus van Agnes met haar man, dus ‘s avonds zaten we weer aan een tafel met acht mensen en hadden we weer een groep(je)! Gelukkig was er voor ons nog een plek op de camping, want het stond hier echt héél vol. Maar het is een goede camping met prima sanitair en een winkel. Hij ligt prachtig aan het meer zelf in het dal met de omringende bergen met daarop weer de kastelen Schwangau en Neu Schwangau van Maximiliaan en Ludwig de tweede. De omgeving is echt enorm mooi met veel wandel en fietspaden. Die laatste lopen door het dal en zijn dus overwegend vlak. Het stadje Füssen is het bezoeken meer dan waard, het ligt op fietsafstand. Maar het is ook een heel toeristische trekpleister en dat is op de wegen rondom deze plaats ook goed te merken.

Als we al die drukte om ons heen, op de camping en op de wegen zo zien beseffen we dat het toch wel langzaam aan tijd wordt om naar huis te gaan. Maar eerst nog een dagje gezellig met z’n allen invullen. We gingen met de Tegelbergbahn omhoog, van 836 naar 1730 meter. Het was een grote gondel waar we met wel 40 mensen in konden, dus eng was het beslist niet. Boven was het fris maar het uitzicht was fenomenaal. We zagen rondom ons alle hoge bergtoppen en de twee kastelen lagen ergens beneden tegen de hellingen aan… Na een bakkie koffie waar we behalve de koffie ook het uitzicht opslurpten.. begonnen we aan de afdaling waar we drie en een half uur over deden. Er zaten best wat moeilijke stukken tussen, maar met vereende krachten en steuntjes hier en daar lukte het ons zonder problemen! We zagen onderweg prachtig bloemen en nu ook weer orchideeën waarbij er voor mij een nieuwe soort te noteren viel, de Gymnadenia odoratissima.

We hadden het leuk zo met z’n allen! Eenmaal weer terug bij de startplaats van de Tegelbergbahn fietsten we weer terug naar de camping. Er werd gezamenlijk weer een maaltijd in elkaar geflanst en het is toch altijd gezellig zo’n volle tafel! Na nog een potje kaarten was ons samenzijn weer voorbij.

Jammer maar het was goed zo, we hadden echt van elkaars gezelschap genoten! Onze bestemming was, na een zondags ontbijtje, de Hymershowroom in Bad Waldsee. Ook nu hadden we een prachtige rit binnendoor, we weten zeker dat er voor ons hier, buiten het seizoen, nog veel te genieten valt… Op mijn dagelijkse rondje ’s morgens vroeg zag ik die dag een eekhoorn, vier reeën en een das. Die laatste had ik nog nooit in het wild gezien, hééél speciaal!

Tegen het middaguur ( zondag 14 juli) arriveerden we bij de Hymervestiging in BAD WALDSEE waar een camperplaats bij is, met ook nog gratis stroom! We bekeken de campers die je in Nederland wel kunt kopen, maar niet in een showroom kunt bekijken. Ik kan niet zeggen dat het de keuze gemakkelijker maakt. Na de showroom bekeken we het plaatsje wat er ook aardig uitziet!

Op 15 juli hadden we, na nog een keertje de showroom bekeken te hebben een prachtige rit door Duitsland.Riedlingen, Reuthingen, Nürtingen, Wernau, Góppingen, Lorch, Alfdorf, Gaildorf Schwabinh Hall, deze laatste is een mooi stadje en prima voor een uitgebreide lunch! Uiteindelijk stopten we in BAD MERGENTHEIM op de camperplaats. Voor we de volgende dag vertrokken bekeken we eerst het stadje, de markt vonden we mooi maar verder viel het wat tegen… beetje verwend misschien? We reden langs Würzburg, Schweinfurt, Coburg wat een heel mooi stadje bleek.. Eisfeld, Saulfeld, Rudolstadt om weer te eindigen op een camperplaats in WEIMAR. Dit was een mooi camperplaats tegen een groot park aan op loopafstand van het stadje.

Deze camperplaats lag wat aan de buitenkant van het stadje op een groot parkeerterrein bij een groot zwembad. Het zwembad ging al om 8 uur open dus daar kochten we voor 2 euro de man een kaartje en konden zo gebruik maken van het toilet, zwembad en kwamen lekker gedouched weer terug bij ons campertje! We zagen op verkeersborden dat we hier niet ver van het voormalige concentratiekamp BUCHENWALD waren. Dus besloten we om daar ons route langs te laten lopen. We waren onder de indruk van wat zich hier afgespeeld moet hebben. Het was niet echt een vernietigingskamp maar het crematorium had hier toch ook flink gewerkt. Dat laatste was nog intact en het zelfs nog de geur van verbranding… Verder was er een groot documentatiecentrum met veel informatie in de zin van foto’s brieven, gebruiksvoorwerpen en verhalen. Er is een mooi monument geplaatst en hoe dan ook je wordt er stil van en de rest van de dag bleef het toch wel in mijn hoofd zitten! We reden door via Bad Frankenhausen, Kelbra, Besga, Schwenda naar de camperplaats in BREITENSTEIN

De volgende dag, het was in middels 18 juli geworden bezochten we QUEDLINBURG. Dit is een prachtig stadje in voormalig Oost-Duitsland. Mooie gevels, veel vakwerk, terrasjes, heerlijke koffie met taart, prettige prijzen.. en aan het eind van de dag meldden we ons bij Jan Willem en Willie onze vroegere buurtjes in HAHAUSEN. Op 19 juli wandelden we een dagje door de prachtige omgeving van CLAUS ZELLERTHAL. En een dag later, op 20 juli stalden we het campertje weer naast ons huis en hadden we in totaal 6.795 km gereden.

Het was een mooi trip, voorlopig doen we niet meer mee met een groepsreis alhoewel er zeker ook voordelen aan zitten! Maar onze vrijheid is ons toch veel waard en wij zijn toch meer natuur- dan cultuurmensen. Misschien toch ook wel van allebei ween beetje maar dan willen we graag zelf de keuze kunnen maken. Hongarije vonden we weer een prima land om te zijn. Roemenië, ja, daar hadden we graag meer van de natuur bekeken want die is er zeker in overvloed! Mooie reden om er nog een keer naar toe te reizen. En Duitsland viel ons weer op hoe mooi het daar is en zeker dat gebied bij Brunnen daar gaan ze ons nog een keer, buiten het seizoen weliswaar, zien!

Camperreis najaar 2012 Frankrijk, Spanje, Portugal deel 1

Najaar 2012

We zijn weer oppad...

LA BRENNE

zaterdagavond, 1 september 2012.

We zitten met een bakkie koffie, het is 20.00 uur, te genieten van het uitzicht vanaf ons campertje. We kijken uit op een meer. Daarachter grazen koeien op wat in het voorjaar een weiland was. Nu heeft het meer weg van een hooiveld. Langzaam zakt het zonnetje. Twee meeuwen en veel boeren- en huiszwaluwen komen nog even drinken uit het meer. De avond valt. Wij genieten van het uitzicht, het bakkie koffie en het geluid van het buurhondje, een Frans pinchertje, dat speelt met een piepbeestje verstoort een beetje de idyllische avond. Maar we moeten er toch ook weer om lachen. Waar hebben we ooit zo'n mooi uitzicht gehad op ons campingplekje? In Almoharin, Spanje, tegen de Extremadura aan bij Willem en Tilly op Finca La Reina! Die camping staat trouwens te koop...

We staan hier voor het luttele bedrag van 10 euro 50 per nacht, inclusief stroom. Prachtige fiets- en wandelroutes in de omgeving. Ik moet toegeven, het voorjaar met alle bloeiende orchideeën is uitdagender, maar ook in de herfst is het hier de moeite waard! Inmiddels is het aankomen hier een beetje thuiskomen...

We trokken zaterdag 25 augustus de voordeur achter ons dicht om weer een nieuw avontuur te gaan beleven. De eerste stop was bij een boer in Bennekom, "het Binnenland" deze hoeft niet genoteerd, wij vonden hem niet voor herhaling vatbaar maar hij lag lekker dicht bij Bennekom en daar hadden we zondag een reünie die erg gezellig was! We fietsten tussen de buien door en konden daar nog wat herinneringen ophalen aan de vakantie in Myanmar. Maandag reden we naar St. Oedenrode en fietsten daar 's middags door het Brabantse land.

Dinsdag hadden we een mooie, voor ons onbekende route door Frankrijk. We reden via Maastricht , Luik, Bouillon, Sedan, Charleville Mezières, Reims naar Sézanne. Daar stonden we in het stadje op een camperplaats voor 0 euro met elektriciteit en gebruik van het openbare, schone, Franse toilet. We zaten daar lekker in het avondzonnetje op de parkeerplaats voor ons campertje onze warme maaltijd te eten en daar dacht ik toch even aan de uitspraak van Gert's moeder als ze het over onze reizen heeft.. "jullie zijn net zigeuners"! En in dit geval leek het ook wel een beetje zo! De volgende dag reden we nog eens zo'n 350 km en kwamen toen in de ons zo vertrouwde Brenne aan. We fietsten hier in drie dagen zo'n 140 km weg en genoten weer van de natuur. De roofvogels lieten zich niet echt zien op de visarend, buizerden en kiekendieven na. Gert zag toch ook nog een paapje, een woudaapje en een boomvalk die op jacht was naar de vele libelles die hier nog rondvliegen.. We aten ons appeltje aan de rand van een meer en zagen de witwangsterns proberen een visje te verschalken. We zijn pas 4 dagen in Frankrijk en Gert heeft al 64 verschillende soorten genoteerd. Het is moeilijk om zangvogels te scoren want zij zingen nu niet meer...

Het is vandaag 1 september en daar werden we al vroeg mee geconfronteerd. Die dag begint namelijk het jachtseizoen in Frankrijk en we hoorden de jagers al schieten toen we nog lekker onder ons dekbedje lagen... We moeten dan even niet denken aan al die bange konijntjes, reeën en eenden... 's Lands wijs, 's lands eer. En waar de jagers dan de patronen voor hun geweer halen??? Gewoon bij de Intermarché, zagen we vandaag...

Morgen trekken we weer verder, richting zee, Royan of Bordeaux. Er liggen nog veel mogelijkheden open. In de vogelkijkhutten werden we al lekker gemaakt voor Gibraltar voor de najaarstrek, de Ebro Delta en natuurlijk de Spaanse Pyreneeën. We zien wel.

Ik heb op Google nog wat informatie gezocht over

De Brenne

Parc Naturel Regional De La Brenne.

Het nationale regionale park ook wel genoemd het land van de duizend meren.
Het park ligt in het departement Indre en staat bekend als La Brenne. Meer dan 1200 meren, vennetjes, plassen en poelen in dit prachtige natuurgebied! Zelfs watervogels dreigen er verloren te vliegen.

Als God in Frankrijk...

U houdt van ruimte, rust, natuur en cultuur?
Dan is Parc Naturel Régional de la Brenne een aanrader!
Een verrassend mooie streek in hartje Frankrijk, halverwege Châteauroux en Poitiers, ongeveer 300 km ten zuiden van Parijs.

Het Parc naturel régional de la Brenne is één van de 44 officieel erkende natuurparken in Frankrijk. Dit natuurpark, in het zuidwesten van het departement van de Indre (36) op de grens met de Limousin, de Poitou en de Touraine streek, is 166.000 ha groot en telt 31.000 inwoners verspreid over 47 gemeenten.

Het park wordt gekenmerkt door verschillende landschapsvormen:
La grande Brenne: dit noordelijke deel van de Brenne is vrij vlak met een afwisseling van weiden, bossen en ontelbaar vele meren. Vandaar dat deze streek ook wel bekend staat als Le Pays des mille étangs.

De vallei van de Creuse: deze rivier is de scheidingslijn tussen het noorden en het zuiden van de Brenne. Stroomopwaarts Le Blanc is de vallei open met beboste, lichte hellingen waarlangs men kastelen, abdijen en watermolens aantreft, meer stroomafwaarts slingert de Creuse zich door uitgesneden krijtrotsen met steile wanden.

La petite Brenne: het zuidelijke deel van de Brenne is meer heuvelachtig, meer bebost en telt minder meren, in het uiterste zuiden vindt men een typisch bocagelandschap zoals in Normandië.

Voor informatie ter plekke:

  • Maison du Parc naturel régional de la Brenne in Rosnay; de Guide Pratique Touristique van het Maison is downloadbaar in verschillende PDF bestanden en bevat 84 blz volledige info over het park.
  • Maison de la Nature et de la Réserve in Saint-Michel-en-Brenne met in de buurt het Réserve Naturelle de Chérine, de Sentier de Beauregard en de Sentier du Blizon en vervolgens de Étang Cistude, de Étang Massé, de Étangs Foucault, de Étang Neuf en de Étang Ricot waar je vanuit observatiehutten de fauna kan bewonderen.
    Dit Maison heeft een handige gids Brenne Nature met overzicht van alle geleide natuurwandelingen in de streek.

Fauna en Flora

Door zijn opmerkelijke landschapsdiversiteit is er een gevarieerd en rijk wildleven: hert, ree, everzwijn, vos, marter en das komen in grote aantallen voor. De Brenne herbergt ook de belangrijkste populatie moerasschildpadden van Frankrijk. Het gebied is eveneens een belangrijke broedplaats voor een 150tal vogelsoorten en een rustplaats voor talrijke trekvogels op hun tocht naar het zuiden. Verder vindt men er ook nog talrijke vlindersoorten, libellen, en in mei, juni zo'n veertig verschilende orchideeën ....

Sport en ontspanning

  • Wandelen: een twintigtal gemarkeerde wandeltochten met een afstand tussen 3 en 23 km; geplastifieerde fiches in bruikleen te verkrijgen.
    Wandeltochten te:
  • Fietsen: 13 niet gemarkeerde fietstochten met afstanden variërend van 40 tot 66km met onderweg belangrijke bezienswaardigheden; plan in bruikleen te verkrijgen.
  • En verder natuurlijk paardrijden, kanoën, mountainbike

Kaartgegevens

.

Charentes Maritime Atlantische kust.

Op zondag arriveerden we in Les Mathes Departement: Charentes Maritimes., aan de Atlantische Oceaan. We hebben hier de laatste keer gestaan op camping L’Oree du Bois. Nu hadden we La Palombière www.camping-lapalombiere.com uitgezocht. Dit is een ACSI camping met korting,dus 16 euro per nacht, gratis internet en een zwembad nog vol water! De camping is echt een aanrader, in het bos met veel bomen maar toch ook overal een mogelijkheid om in de zon te zitten. En die zon was er alle dagen, heerlijke temperaturen rond de 25 graden! We hebben hier elke dag gefietst! Door de duinen naar La Cote Sauvage, naar de vuurtoren, La Tremblade en de oesterbanken. Dit gebied met die oesterkweek is toch ook wel heel uniek om door te fietsten. In sommige oesterloodsen hebben ze een restaurantje als nevenactiviteit. Je kunt er binnen zitten maar ook buiten op eigengemaakte tafels van hout en de poten van betonijzer en houten banken. Daar wordt een heerlijk menu geserveerd. Niet te duur en in een onvergelijkbare ambiance

En zo fietsten we de laatste fietsdag, over een duinfietspad dat werd aangekondigd als difficile! Richting Royan. We fietsten lekker soms met zicht op zee, soms door het bos. Tot op een gegeven moment, op de terugweg, bij het schakelen mijn ketting eraf liep. Dat was lang geleden maar ineens sloeg hij los..

Ik stapte af en probeerde hem terug te zetten. Meteen stopte er achter mij een Ierse man, troubles? vroeg hij. Ik kon moeilijk zeggen nee hoor, het gaat wel, want ik stond daar in de brandende zon, het zweet op m’n gezicht diep gebogen over m’n ketting. Hij was zoals je van een Engels sprekende man verwacht, heel galant. Hij probeerde meteen te helpen en tilde m’n achterwiel op zodat ik wat beter bij die vieze zwarte ketting kon… Maar wat ik ook prutste en trok en probeerde, ik kreeg hem niet meer over de tandwielen gelegd… Het begon mijn galante helper ook wat te lang te duren, hij tilde de fiets op de kop en na een paar tellen waren zijn vingers net zo zwart als de mijne. Zijn vrouw stond geduldig te wachten op een afstandje. Zij wilde ook graag helpen en deed dat door aan te bieden wat zonnebrandolie op de ketting te spuiten…. En toen ik de hoop al wel had opgegeven kwam Gert weer terug, hij had dat hele heuvelstuk nu twee keer moeten fietsten, want hij ontdekte pas beneden aan het strand dat ik niet meer volgde…

Hij had gereedschap bij en alles wat hij had werd ingezet, ook zijn schone vingers… Maar de ketting zat vast en hij bleef vast zitten.. Ik had inmiddels handen waar zwarte piet jaloers op kan zijn en door al dat geknutsel, gebukt in de volle zon ook een rood hoofd nat van het zweet… De mannen namen het gezamenlijk over en de Ierse echtgenote vond dat het er op een gegeven moment uitzag als twee mannen die bezig waren met een hersenoperatie… Ondertussen gaf zij me wat tips over vakantie bestemmingen in Ierland. Uiteindelijk werd het opgegeven. De Ier en ik schudden onze besmeerde handen terwijl ik hem bedankte voor al zijn hulp… Toch heel bijzonder hoe hij meteen klaarstond om mij te helpen!

Gert duwde mij verder naar La Palmyre, een kilometer of vier! Daar stopten we bij een fietsenverhuurwinkel. Die man daar keek wat bedenkelijk maar ging toch aan de gang met twee schroevendraaiers en niet lang daarna had ik weer een fiets met een ronddraaiende ketting!

Vandaag nemen we een “vrije”dag! We hebben lekker rond de camper gekeuteld en Gert zocht wat campings uit in de Pyreneeën. Het plan is om morgen weer verder te gaan. Jammer om deze mooie camping te verlaten maar onder het motto, hier vind je wat en daar laat je wat… gaan we toch weer verder… Daar op die boerencampings hebben ze geen internet en dat is toch wel jammer, Gert kan hier zo lekker met z’n moeder bellen via Skype!

Beste mensen als we weer internet hebben horen jullie weer van ons, enne Jan Willem, we hadden veel bekijks met die paal met lichtjes op het dak…. Pefekt! Er was een buurman die dacht dat we, met die lampjes op het dak, vliegtuigspotters waren….

SPANJE Los Pirineos

16.09.2012. We vertrokken uit Les Mathes op weg naar de Pyreneeën. Gert had een boerencamping uitgezocht. Het eerste stuk was eigenlijk wat saai om te rijden door de pijnboombossen van Les Landes. Daarna werd het meer bergachtig en dus wat afwisselender. Een km of 5 voor we bij de geplande boerencamping kwamen zagen we in het stadje Salies-de -Bearn een bordje wat verwees naar een camperplaats. Die namen we en daar hadden we geen spijt van. Voor 6 euries hadden we een goed plekkie en stroom. Na de verdiende, schuimende verfrissing bij aankomst, wandelden we het stadje in om een stokkie te gaan kopen. Na enig zoeken vonden we de Boulanger en die had nog een baquette voor ons. Naast de camerplaats lag een fabriek en die leken wel een open dag te hebben, zoveel bezoekers als daar het terrein opliepen... Na enig speurwerk kwamen we er achter dat het een zoutfabriek was. Het stadje was bekend vanwege z'n zoutproductie en net dit weekend was het het feest van het zout. Dus hebben we even meegekeken bij de rondleiding. We hoorden dat ze vanuit een bron warm, zouthoudend water oppompen. Als dit water afkoelt vormt zich "Fleur de Sel" op het oppervlak. Die worden eraf geschept en na droging zijn dat de zoutkristallen die in grote balen verpakt klaar staan voor de verkoop.

Dat was vrijdagavond en zaterdag hadden ze een soort braderie in het dorp wat erg gezellig was. Veel kraampjes met lokale producten en natuurlijk zout in alle vormen. En een groepje dat muziek maakte en zong! Allemaal met de baret plat op het hoofd zoals die hier gedragen moet worden.

Na de markt en een lekkere lunch startten we de motor weer en gingen we door naar SPANJE. Via Oloron Ste. Marie namen we de N134 naar de Col de Somport. We namen niet de tunnel maar reden via de bergweg. Het was niet echt spectaculair. We hebben mooiere overgangen gehad naar Spanje. Via Sabañanigo en Biescas vonden we een camping in Gavin. Deze is zowel van de ACSI als van de campingcheques. Een grote camping, het zwembad was nog open en de broodjes konden 's morgens in de winkel worden afgehaald. Het plan was om te gaan wandelen in het NP Ordesa.

Nadat we op zondag een rustdag hadden genomen reden we maandag 10 september naar Torla en vanaf daar naar het NP Ordesa. In het stadje stonden bussen klaar om de toeristen naar boven het park in te brengen. De camper werd op de grote parkeerplaats gezet en we namen de bus. Daar wandelden we zo'n 18 km en genoten van alle uitzichten op het prachtige landschap. We hoorden de bergmarmotten roepen en zagen de dippers (waterspreeuwen) in een snel stomend bergriviertje. En natuurlijk lieten de Alpenkauwtjes zich ook zien en horen. De orchideeën bleken allemaal uitgebloeid, ze waren wel nog min of meer herkenbaar aan de zaaddozen. We hebben hier al eerder gewandeld, lang geleden en het voelde nu een beetje als een boek waar je in begint en al lezende denkt, heb ik dit niet al eens gelezen? Hoe verder je komt hoe bekender het wordt.

Moe maar voldaan zochten we, na de wandeling, een plekje op de camping in Boltaña. (http://www.campingboltana.com/). We passeerden nog een heel bijzonder landschap op weg hier naar toe. Helaas was het al te laat op de dag en was het licht niet genoeg meer om mooie foto's te maken dus ik kan het jullie niet laten zien! Zo'n 13 jaar geleden hebben we hier ook al eens op deze camping gestaan en ook toen was het goed bevallen. Dit is ook een ACSI en campingchequescamping. Ook hier was het zwembad nog in bedrijf, alhoewel... het water was wel errug koud. En ook hier kon je brood bestellen, het Pan Cereal is echt een aanrader, HEERLIJK! Van hieruit hebben we weer mooie wandelingen gemaakt. Het voordeel is dat je hier centraal zit. Maar je moet wel altijd een behoorlijk stukje rijden om in een wandelgebied te komen.

We wandelden in de Valle de Pineta naar de Cascada del Cinca. Na weer een ontspandagje op woensdag gingen we er op donderdag weer voor. We reden eerst de Garganta de Anïsclo. Prachtig mooi en dan overdrijf ik niets. Zéér indrukwekkend!! Aan het eind van de kloof kun je verschillende wandelingen doen. Wij namen de wandeling naar La Ripareta. We wandelden bijna 20 km en stegen bijna 800 meter. Best pittig dus. Ook de terugweg, met de camper, die wat hoger door de kloof ging was prachtig, we genoten van alle uitzichten op deze prachtige bergketens! We waren het nog niet beu en de dag daarna reden we de andere kant op de "Sierra de Guara" in, via de A2205. Dit was weer een heel ander landschap. De bergen wat minder hoog maar wel met rotsen en hier kon je wel 4 grotten met rotstekeningen bezoeken. Wij liepen naar Covacho de Arpán. Dit was een ondiepe grot met de tekening van een hert. Hierna reden we nog door naar het stadje Colungo om te kijken of hier startpunten van wandelingen konden vinden maar onverrichter zake begonnen we weer aan de terugweg.

Al wandelend hadden we van medewandelaars de tip gekregen dat je mooie wandelingen kon maken in Escuain. Dus dat gingen we op zaterdag de 15e uitproberen. Via een wit weggetje wat er op de kaart recht uitzag begonnen we te klimmen. Het moet gezegd, het asfalt was in goede staat maar de weg was precies zo breed als onze camper en echt niet recht maar zeer bochtig tot en met haarspelden toe. De uitzichten waren spectaculair, op een grote vlakte omzoomd door een gigantische bergketen. Maar er waren ook zeer diepe afgronden zonder vangrail, paaltjes of wat dan ook. Gert was zo druk met sturen dat hij al die afgronden maar ook de mooie uitzichten heeft gemist... Met knikkende knieën en vochtige handpalmen stapte ik op 1150 meter hoogte in het dorpje Escuain uit de camper! Wat een weg, we waren gelukkig maar één tegenligger tegengekomen. En dat is toch wonderbaarlijk dat dat meestal gebeurt op de enige plaats waar passeren ook mogelijk is...

Boven in het dorpje kon je kiezen uit verschillende wandelingen. Wij namen die naar Puente de Mallos. We liepen 15 km en stegen zo'n 500 meter. Een gemakkelijke, prachtige wandeling in een hoogvlakte. Op een gegeven moment zagen we 7lammergieren, dat was genieten, wij hadden nog nooit zo'n grote groep tegelijk gezien! Gert zag ook nog 2steenarendenen eeneekhoorn. Opvallend is dat we overal heel veel bonte vliegenvangers zien. En wat ik nog nooit gezien had maar deze reis dus al meerdere keren, jonge roodborstjes. Maar ook slangenarenden hebben we al op meer plaatsen kunnen spotten. Het is wel duidelijk dat we hier nu veel minder vogels zien dan in het voorjaar. Ze zullen er best nog zijn maar doordat het zingen is afgelopen zie je ze ook veel moeilijker. We zijn wel weer voor 100% gevallen voor de overweldigende natuur hier en maken voorzichtig al plannen om hier toch ook weer een keer in het voorjaar te gaan kijken.

Vanmorgen zondag, en dus ook voor ons een rustdag, cirkelden er 26 vale gieren tegelijk boven ons campingplekje! We deden een wasje en ruimden de camper een beetje op. We zaten heerlijk in de schaduw te lezen op onze E readers. En we koelden af in een groot erg koud zwembad. En we gingen een hapje eten in het restaurant op de camping.

Uit eerdere bezoeken wisten we al dat je er lekker kon eten dus het leek ons wel een mooie afsluiting van ons verblijf op deze camping. Gert had de vorige keren al een leuk contact opgebouwd met Conchi, de serveerster. Een erg aardige vrouw die geen woord Engels of Frans spreekt dus ons wel dwingt om diep in ons geheugen te graven naar de enkele Spaanse woordjes die daar nog ergens moeten zitten... Ze serveren hier een dagmenu voor 12 euro. Gert had, de eerste keer dat we in het restaurant aten, soep genomen, die kwam ze brengen met een stralende lach, het was een mucho bueno keus van hem geweest! We kregen er ook een mandje met lekker knapperig stokbrood bij. Maar toen Gert wilde gaan eten leek hij alleen een vork en mes te hebben... Hij liep naar beneden en vroeg haar, dacht hij, om een lepel. Met veel verontschuldigingen kwam ze weer aan onze tafel en... stak het kaarsje aan... Ze wilde weer weglopen maar Gert pakte haar bij de arm en deed voor hoe hij met z'n vork probeerde soep te eten, ze moest daar hartelijk om lachen en al lachend kwam ze hem een lepel brengen. Vanaf dat moment was er iets moois tussen hen ontstaan want als ze de volgende dag Gert langs het restaurant zag lopen riep ze hem en zwaaide enthousiast. Ze zocht samen met hem een mooi muziekje uit om te draaien tijdens het eten... Dus ook deze laatste dag meldde ze zich aan ons tafeltje en vroeg Que tal, hoe het met ons ging. Gert informeerde nog of ze nooit vrij was omdat we haar iedere dag hadden zien werken. Dit was geen echt eenvoudige conversatie want zinnen maken is voor ons echt nog veel te hoog gegrepen! Maar toch begrepen we elkaar goed en toen we haar na de maaltijd vertelden dat we morgen weer verder gingen vroeg ze of ze ons ten afscheid mocht kussen... Nu heb ik vorig jaar al zoenend afscheid genomen van campingeigenaars in Portugal.. Nu zijn we weer een stapje verder.. de rest van de restaurantgasten keken verbaasd hoe de serveerster met 4 zoenen per man afscheid van ons nam....

Het is een lang verhaal geworden maar ik moest er ook wat toeristische informatie instoppen.

Camperreis najaar 2012 Frankrijk, Spanje, Portugal deel 2

DEEL2 NAJAARSREIS 2012

EXTREMADURA

Het is inmiddels 27 september en we hebben tegen alle weersvoorspellingen in een regendag, dus de wandeling is afgeblazen en het is nu mooi tijd om weer eens een verslagje op het net te zetten.

In de Pyreneeën kusten we onze serveerster ten afscheid en de volgende dag reden we via Sabiñanigo naar Jaca. Daar deden we boodschappen. Voor een beetje behoorlijke supermarkt moet je toch wel rondom de grote steden zijn. Via Puente de la Reina gingen we naar de Hechovallei. Het plan was om daar een camping te nemen en de dag daarop in deze vallei te gaan wandelen. We genoten onderweg van de prachtige natuur om ons heen, want ook hier ziet het er weer mooi uit. We reden helemaal door tot het eind, de verharde weg hield op en de onverharde weg werd er niet beter op. We trokken toen maar de conclusie dat de camping niet meer bestond. Er was ook geen enkel bord dat er melding van maakte. Het is toch wel ontzettend jammer dat Spanje vrijwel geen camperplaatsen kent... Via borden bij veel mooie grote parkeerplaatsen laten ze ook steeds weten dat je nergens mag overnachten in je campertje. We zagen diep in de Hechovallei mooie krokussen bloeien in de bermen. Ik liet me op het verkeerde been zetten en noemde ze meteen herfststijlloos, maar na nadere studie in de plantenboeken kwam ik erachter dat het echt krokussen zijn en dat die hier in het najaar bloeien. Ze zien er ook duidelijk anders uit dan de herfststijlloos die we eerder zagen.

We zijn toen doorgereden naar Lumbier. Via een verslag van een Belgische vogelaar wisten we van het bestaan van een camping hier. Er was plaats genoeg en voor het bedrag van €25.80 mochten we daar (camping Iturbero) de nacht doorbrengen. De volgende ochtend hebben we in de kloof gewandeld waar we onze derde gierensoort konden noteren, de aasgier. Gert hoopte op de slechtvalk en hij werd niet teleurgesteld! Natuurlijk ook rotszwaluwen en ook nog enkele gierzwaluwen. Er is inmiddels een mooie parking bij de ingang van de kloof waar je wel €2.- moet betalen, maar er zijn ook toiletten en de kans op een onbeschadigde auto bij terugkomst is nu verzekerd.

We vervolgden onze reis. Het was mooi weer, de radio werkte en terwijl we meezongen met Robert Long genoten we van de uitzichten. Zelfs "de Veen" kwam nog even langs..

En zo stopten we op het eind van de middag op de camperplaats in Palencia. Dit is een prima plekje, altijd plaats, want het is een grote parking aan een park. Je wandelt er in 5 minuten het centrum in. En hoe later het wordt in de middag hoe gezelliger het is om op een terrasje neer te strijken en te genieten van al die verschillende mensen om je heen. Qua winkels heb je ook hier de bekende ketens van Bata, C&A, Mango, noem ze maar op. En ook een winkel van de Vodafone. Gert vond dit wel een geschikte plek om zijn telefoon eens na te laten kijken, want hij kon al dagen geen verbinding meer met internet maken. Geen WIFI en geen roaming. Nu spraken de medewerkers in die winkel net zoveel Engels als wij Spaans... Dus jullie begrijpen het wel, weer een soort van Babylonische spraakverwarring volgde.. Het type telefoon is Desire, nu blijkt dit toch heel anders te klinken of je het nu in het Engels of in het Spaans zegt.. Maar, alle lof, ze maakten zich er niet af met wij weten het ook niet, nee er werd alle moeite gedaan en uiteindelijk bleek het aan de antenne in de telefoon te liggen. Opgelucht zochten we met een werkende telefoon het terras op.

En op, inmiddels woensdag 19 september, reden we naar de ons zéér bekende camping in NP Monfragüe. http://www.campingmonfrague.com/ Ook hier had de tijd niet stil gestaan en hadden ze inmiddels een werkende slagboom geïnstalleerd. Ons eigen plekje was nog vrij en we zaten nog niet of de eerste blauwe eksters lieten zich al zien. En natuurlijk ook de zwarte spreeuwen waarvan er een mij meteen al voor de gek hield door het deuntje van de wielewaal te laten horen... Het was er warm, ruim in de dertig graden!

We wandelden de volgende dag vanaf Villareal de rode wandeling. Na drie kilometer bedacht Gert zich ineens dat de koelkast in de camper niet aan stond. We hadden al een flinke afdaling gedaan maar ja, er hielp geen lieve moedertje aan, we moesten terug...bergop! In de Pyreneeën hadden we dat grapje ook al een keer, toen waren de lampen van de auto niet uit... Ja, of de wandelingen nog niet lang genoeg zijn! We wandelden daarna de gele wandeling, 14 km. We zagen de monniksgier en hiermee is het aantal verschillende gieren dat we hier kunnen zien compleet. We hoorden af en toe de herten burlen. Verder is het er echt stil. Als je dan tegen zo'n helling je broodje zit te eten is het er in deze tijd echt oorverdovend stil. Geen geluid van auto's, treinen, vliegtuigen of brommertjes. Maar ook de vogels zwegen nu in alle talen. En als er dan een vlieg langskomt vind je die echt veel lawaai maken.. Heel speciaal is dat, die stilte, want waar maak je dat nog mee? Op de terugweg stopten we bij een overgang van een riviertje, er was daar een soort van tappunt van bronwater. Terwijl wij daar zaten kwamen er drie herten een beetje grazen. Wij verroerden ons amper en zo scharrelden ze op hun gemakje om ons heen. Ze kwamen zo dichtbij dat Gert alleen nog foto's van hun kop kon nemen.. Dat zijn toch wel van die hele speciale momenten die je mee kunt maken tijdens wandelingen.

Verder was er aan vogels niet zo heel veel te zien, Nog voor de wandeling zagen we vanuit de auto de havikarend. Tijdens de wandeling heel veel bonte vliegenvangers, roodstuitzwaluwen, vale en monniksgieren, de grijze gors, dwergarend, blauwe rotslijster en appelvink. De dag daarop deden we toch de rode wandeling nog. We liepen door naar het kasteel en hadden een prachtig uitzicht over het Nationale Park.

Zondag 23 september hadden we een verplichte rustdag op de camping. Dit was onze eerste regendag sinds we uit Nederland vertrokken en voor deze omgeving was het de eerste regendag sinds april... We scrabbelden en puzzelden en rustten lekker uit. En als je dan zo'n dag op de camping bent ontdek je ook wel eens wat, dat was nu een klein wit bloemetje, zonder blad, een teer stengeltje met twee witte klokjes eraan. Na enig speurwerk kwamen we erachter dat het een herfstklokje is en in dezelfde familie thuishoort als ons sneeuwklokje. Helemaal weer fit konden we een dag later de wandeling achter de camping maken. Die is ongeveer 7.5 km en loopt door de dehesa. Dit zijn enorme velden met steen- en kurkeiken. Ze doen ons heel erg aan de Afrikaanse savanne denken, zeker nu, omdat al het gras helemaal wit/geel verdroogd is. Er bloeide enkel nog een gele distel. Gert ontdekte nog een grote gele kwikstaart die hier eigenlijk helemaal niet op z'n plaats was.. En wat we daar ook veel hoorden, bijna de enige vogels die we nog hoorden zingen, waren de boomleeuwerikken. We waren voor de koffie al weer terug. Je kunt hier internetten in de bar en daar hebben ze Zumo de Naranja natural. Héérlijk en die werd gebracht door de ober die ons nog herkende van onze eerdere verblijven. Ook met hem kunnen we eigenlijk weer geen woord wisselen, maar toch hebben we een leuk contact. Terwijl we beiden met de laptop binnen zaten kwam een van de eigenaren met twee kinderen en zijn broer met vriendin. Hij pakte de gitaar en zijn broer zong daarbij. Het klonk erg professioneel en mooi. Echte Spaanse liederen over gevoel, hart en liefde en liefdesverdriet. Ik weet dat omdat ik wat woordjes kon verstaan, maar vooral ook door de uitdrukking op het gezicht van de zanger. De kinderen speelden er wat omheen en deden af en toe een dansje. Het werd zo een speciale belevenis in een verder bijna lege bar op een late maandagmiddag.

Dinsdagmorgen was de lucht zwaar bewolkt en daarom besloten we maar te vertrekken met als eindbestemming PORTUGAL. Onze buurvrouw had nog een zwarte tapuit gespot in het NP. Dus we begonnen onze tocht in het park. Je weet immers maar nooit... We waren nog maar enkele kilometers het park in toen ik een erg grote donkere roofvogel zag overvliegen. Gert parkeerde de auto meteen en vloog naar buiten met de kijker. Nu zie je zo'n grote vogel weinig met z'n vleugels slaan maar hij was toch snel over de bergen verdwenen. We zijn er toch wel bijna zeker van dat dit de Spaanse keizerarend was! De eerste stop was toen bij Salto de Gitana, Peña Falcon. Het was nog erg vroeg en toch waren er al ongelooflijk veel gieren in de lucht, waaronder ook twee monniksgieren. En terwijl we probeerden die op de gevoelige plaat vast te leggen hoorden we de herten burlen. Ze leken wel van alle berghellingen naar elkaar te roepen. Ik kreeg er een beetje kippenvel van, wat een oergeluid is dat! Gert speurde nog naar de bewuste tapuit maar helaas...

Maar we waren nog niet helmaal klaar met de Extremadura, want we hadden de steppes van Belèn nog te goed. Hier zie je weer een heel ander landschap. Grote open vlaktes met nu verdord gras. Eindeloos ver kijk je weg, hier en daar een enkele boerderij en verder alleen maar ruimte. Eigenlijk nog opener en weidser dan we dit jaar de poesta in Hongarije hebben beleefd. Hier zagen we klapeksters, paapjes, hoppen, witbuikzandhoenders, rode patrijzen, kleine trap en grote trappen. Op de steppes zagen we grote groepen van gauwe gorzen en kalanderleeuwerikken. En natuurlijk ontdekten we op een van de steenhopen die verspreid in het veld liggen een steenuiltje dat zich in alle rust liet fotograferen. In Trujullio deden we bij Leclerc de boodschappen weer en daarna reden we via Cáceres en Badajoz naar Campo Major in Portugal, waar we hartelijk ontvangen werden door Joris en Solange op camping Os Anjos http://www.campingosanjos.com/

PORTUGAL Alentejo

3 oktober 2012. Het vorige verslag hebben we afgesloten met de aankomst in Os Anjos in Portugal. We hebben er een dag of 4 gestaan. We hadden wat regendagen daar, maar we hebben toch ook nog de twee wandelingen kunnen doen. Jammer genoeg leek de fut er een beetje uit bij Joris en Solange. Ze hadden er nog geen nieuwe wandelingen bij in hun aanbod. Verder was er ook nog niet veel veranderd... Ze zitten daar in een mooi gebied, rondom in de olijfgaarden. Het was nu oogsttijd! Vanwege de droogte dit jaar, viel de oogst eerder. Ook hier waren de meeste vogels vertrokken. We hadden nog gehoopt op de grijze wouw en de kleine trap maar de enige die we veel hoorden was het steenuiltje.. Deze reageerde ook meteen op Gert's telefoongeluid. Zo probeert Gert soms vogels te verleiden om te reageren! We hadden daar op de camping WIFI. En met de paal van Jan Willem konden we in ons campertje skypen en onze mail checken. Dus ook tijdens de regenbuien hoefden we ons niet te vervelen..

Maar zaterdag 29 september hebben we de motor weer gestart en via Portalegre, waar ze een ruime keus aan supermarkten hebben, zijn we met een volle koelkast naar Quinta de Pomarinho gereden ( http://www.pomarinho.com/ ). Dit ligt bij Castelo de Vide. Het is een camping van SVR, we betalen hier 16.50 euro per nacht. Van hier uit zijn veel wandelingen te maken. Een aantal hebben we natuurlijk al eens in het voorjaar gedaan maar nu, in de herfst, ziet alles er toch weer anders uit. We missen op alle wandelingen toch wel de meeste kleine zangvogels. En ook met de bloemen is het droevig gesteld. Wel pluk ik onderweg heerlijke rijpe vijgen en bramen. Het weer is ook heel bijzonder. We lopen in het zonnetje. De temperatuur overdag is tussen de 25 en 30 graden en 's nachts is het nog een graad of 12. Castelo de Vide is een bezoekje meer dan waard. Smalle straatjes en nog een oude Joodse wijk. Heel sfeervol allemaal. We wandelden eerst naar het kapelletje dat op een heuvel ver boven het stadje uitkijkt. Daarna daalden we af naar het centrum en dronken bij het eerste café dat we tegenkwamen een bakkie DELTA koffie. Dat is hét merk hier in Portugal. Je krijgt hier een kopje zo klein.. en ook nog maar half gevuld maar het smaakt heerlijk, heel zacht..! Het beviel ons zo goed dat we dachten we nemen er nog een.. voor 55 cent per bakkie kun je ook wel eens ruig doen.. Maar het viel niet mee om de cafébaas te bewegen om voor ons een tweede kopje te brengen.. Het is héél ongebruikelijk hier in Portugal om twee kopjes te drinken.. zo hoorden we later!

We slenterden door de straatjes en tegen lunchtijd schoven we op een terrasje. Zo wandelden we de ene dag naar het stadje en de andere dag door de natuur. Die is hier prachtig! Ook hier veel terreinen met kurkeiken waarvan de stammen, als ze net geschild zijn, prachtig oranje/rood zijn. Hier zie je in die gebieden ook enorme steenhopen liggen. Wat je hier ook ziet zijn een soort hunnebedden. We hebben ons erover verbaasd dat je die in Bretagne ziet, hier en in Drenthe.. Verder weten we zo geen plaatsen waar je ze ook tegenkomt. Ze worden hier Megalieten genoemd. Ze zijn zonder gereedschappen vervaardigd en bestaan uit een kamer en een gang, die beide uitkijken op het oosten. Ze zijn zo'n 2000 jaar ouder dan de piramiden in Egypte. Het zijn voorbeelden van de eerste architectuur in de geschiedenis. Archeologen vonden bewijzen dat ze gebruikt werden als gemeenschappelijke begraafplaatsen. Recent is er een theorie ontstaan dat ze zijn ontworpen om geluid te versterken op dezelfde manier als je bij een fles boven over de opening blaast.

Na twee dagen wandelen namen we een dagje rust en daarna hebben we de fietsen eens uitgetest hier. Als je hier op de camping aankomt krijg je een map mee waarin wandelingen en fietstochten beschreven zijn. De fietstocht die we kozen was 50 km. lang. Het gebied waar we door fietsten was prachtig. Een terrein met veel enorme stenen, olijfbomen maar ook ruige terreinen met een natuurlijke begroeiing. We fietsten langs stuwmeren en we peddelden bergie op en bergie af. Halverwege de tocht kwamen we in een klein stadje, Póvoa E Meadas. Volgens de beschrijving zouden ze hier ook een goed restaurant, Oásis, hebben. We vonden alleen een café met die naam dus gingen we daar nog maar een keertje aan de DELTA koffie. Het werd half een en we zagen ineens mensen door een deur de trap oplopen en jawel hoor daar was het restaurant achter verstopt! Dus ook wij het trappetje op en aangeschoven voor een heerlijke warme lunch. Gert aan de lapjes van de zwarte varkens en ik een portie stokvis. Het smaakte ons goed met een lekker rood wijntje erbij!

Gespijsd en gelaafd gingen we weer op weg. Maar we hadden al snel spijt van het heerlijke toetje en ook van het lekkere wijntje toen bleek dat de weg verder uit behoorlijk flinke hellingen bleek te bestaan... Of kwam het door het wijntje dat ze zo stijl leken??? Hoe dan ook, we voelden de kuiten goed toen we na 51 km voor ons campertje weer op adem zaten te komen...

Hoewel het aantal vogels wat we zien tegenvalt heeft Gert toch al 135 soorten op z'n lijstje staan. Achter de camping ligt hier een klein meertje, daar staat een bankje bij en daar kan hij toch nog wel wat leuke soorten scoren: kleine bonte specht, Helena fazantjes, grote gele kwikstaart, ijsvogel en appelvink. Nog wat meer getalletjes... we wandelden inmiddels 199 km en we fietsten 407 km. We zaten dus duidelijk niet stil deze reis...

SERRA DE ESTRELA

Na 9 dagen het heerlijk naar onze zin gehad te hebben op camping QUINTA da POMARINHO http://www.pomarinho.com/ namen we op maandag 8 oktober afscheid van Dolf en Phine. Het plan was nog niet echt duidelijk.. Uiteindelijk wilden we gaan wandelen in de Serra da Estrela. Maar de kasten moesten ook gevuld en we moesten de tolwegen mijden want we weten nog steeds niet precies hoe dat werkt. We hebben in ieder geval nog een schuld staan van vorig jaar, want ook toen was het niet helemaal duidelijk.. We reden heerlijk binnendoor wat hier helemaal geen straf is, je ziet zo veel meer en kunt ook wat makkelijker stoppen voor koffie etc. De kwaliteit van de wegen is prima.

We schoten zo lekker op dat we besloten maar door te rijden naar QUINTA das CEGONHAS in Nabaínhos, Gouveia http://www.cegonhas.com/ Deze camping is ons en de trouwe lezers van de site welbekend, want we komen hier nu voor de derde maal. Vorige keer, april 2011, hadden we nog een tweedaagse wandeling naar een geitenboer op het programma staan, maar m'n wandelschoenen hadden daar zo de eigen gedachtes over, want die lieten meteen de verbinding tussen schoen en zolen los. Maar de wandeling zat nog goed in ons hoofd en met een paar nieuwe schoenen moest het dit jaar gaan gebeuren...

We reden via Fundao, Pesinho en Covilha over de N339 en de N338 naar Gouveia. De genoemde N wegen lopen door een prachtig gletsjerdal. Heel indrukwekkend is het daar! Zo werd het al het eind van de middag dat we aanklopten bij Gerard en Rieke, die zich ons nog herinnerden! We kletsten bij over de toestand in Portugal. Alle maatregelen die al genomen zijn zoals bijv. overheidspersoneel krijgt geen vakantiegeld meer. Elektriciteit is véél duurder geworden. Eindejaarsuitkering vervalt. BTW is van 13 naar 23 % gegaan, dit alles maakt dat ook de Portugees duidelijk minder op vakantie gaat. We hoorden op alle campings dat ze de invloed van de crisis goed merken en niet alleen onder de Portugese klanten ook de Nederlanders hebben het in de zomerperiode wat af laten weten.. Maar het heeft Gerard en Rieke niet weerhouden om toch nog wat, zeer smaakvol uitgevoerde verbeteringen aan te brengen. Gert is zéér tevreden over de nieuwe afwasplek. Hij staat er daar ook heel kleurig bij! De druiven zijn hier overrijp en heerlijk zoet. Het is maar goed voor mijn lijn dat ze al snel allemaal geplukt werden door een wijnboer, want het was moeilijk om eraf te blijven...

Zoals de vorige keer dat we hier waren hebben we ook nu weer veel gebruik gemaakt van hun hele boek met wandelingen. 's Morgens toog Gert naar de bar waar Rieke, als een soort VVV, hem wel weer een mooie wandeling kon aanbevelen! We wandelden hier in totaal 80 km.... Ik denk dat we hier, samen met de Spaanse Pyreneeën, wel de mooiste wandelingen hebben gemaakt! Je loopt hier vaak langs de berghelling en omdat de bergen wat verder uit elkaar liggen heb je altijd fantastische uitzichten. Voor het eerst hoorden we nu tijdens de wandelingen ook weer vogels fluiten. Verder is dit natuurlijk niet het mooiste seizoen om te lopen, we herinneren ons nog de hellingen vol bloeiende brem in het voorjaar. Maar we ontdekten toch ook snel de geneugtes van deze tijd... Vijgenbomen die vol hangen met rijpe vruchten en niemand die ze plukt.. en braamstruiken met sappige rijpe bramen die zo van de struik vielen. Bomen met Sharon of Kakifruit. Ik koop ze altijd als ze in de wintermaanden bij AH liggen, maar ook hier kon ik ze helemaal zacht van rijpheid uit de bomen plukken. Ja, en dan de druiven, wit en blauw die langs de randen van verlaten tuinen hingen. Hingen is in dit geval het goede woord...

Verder zijn we ook nog op huisbezoek geweest.... Na een wandeling namen we nog een versnapering bij de plaatselijke kroeg. Maria, ergens in de 80 is de kroegbaas en barjuffrouw. Het lokaal is niet groter dan een ruime keuken. Maar het is er wel heel speciaal! Er waren nog twee andere klanten, oude baasjes. We namen een wijntje en een fles bier. Na met Maria wat gegevens over de camping en de eigenaars daarvan te hebben uitgewisseld, met handen en voeten.. maar we begrepen elkaar, vroeg een van de oude baasjes ons in het Engels "Do you like Portugal?" Als wij dan antwoord gaven was hij weer snel zijn aandacht weer kwijt om na een paar minuten dezelfde vraag weer te stellen.. Toen wij onze consumpties afrekenden en 1 hele euro betaalden vroeg datzelfde mannetje ons of we mee wilden naar zijn huis om daar wat te drinken... We zeiden natuurlijk ja en hoopten wel, dat met een hele dag wandelen in de benen hij niet al te ver bij Maria vandaan zou wonen... Het werd een bijzonder bezoek, we kregen een rondleiding door z'n hele huis. Tot en met badkamer en slaapkamer waar hij op z'n bed alvast z'n beste pak had klaarliggen want hij zou de volgende dag voor een paar weken naar zijn huis aan de kust gaan.. We bekeken de foto's van zijn overleden vrouw en zijn zoon die in Amerika woonde. En dat verklaarde weer zijn, weliswaar zeer spaarzame, kennis van Engels! En natuurlijk werden de kleinkinderen ook geshowd. En toen we hadden kennisgemaakt met de hele familie op de foto kregen we ook nog een rondleiding door de wijnkelders. Daar lagen zeker duizend flessen op een professionele manier opgeslagen in de rotswanden van deze ruimte. Wij kregen een drankje aangeboden maar het was zo vreselijk zuur dat ik het wel jammer vond dat hij geen planten in zijn wijnkelder had staan...

De wandeling naar de geitenboer is helaas uit het programma, maar er bleef nog voldoende keus over! En op zondag 14 0oktober, de tweede zondag van de maand, is het altijd markt in FOLGOSINHO. Van de camping uit wordt er dan een wandeling georganiseerd naar dat dorp. Dit jaar konden we kiezen uit een korte versie, ruim 9 km of een lange, ruim 14 km. Met als beloning in het dorp bij de markt een BBQ. Vorig jaar hadden we dat ook al meegemaakt dus we schreven ons nu ook meteen daarvoor in. We hielden het weerbericht in de gaten (WIFI in de camper!) en die beloofde ons op zondag een 10! We wandelden alle dagen in een lekker zonnetje en toen we zondagmorgen opstonden zagen we druppeltjes op de voorruit.. En al tijdens het ontbijt viel er een stevige bui. Maar toen het moment van aanmelden naderde was de lucht weliswaar nog wel erg dreigend maar het was wel droog! Iedereen verzamelde zich in de bar en niemand sprak enige twijfel uit over wel of niet vertrekken.. We vertrokken met 10 mensen voor de lange wandeling die in een stevige klim door de steengroeves uiteindelijk uitkwam in de bossen bij FOLGOSINHO. Nog maar een kwartier onderweg moest de poncho aan en de stevige wind op hoogte zorgde ervoor dat die weinig nut had... We liepen echt in de stromende regen hoog over een kale berg in de harde wind... Het duurde niet lang voordat er een flinke plas water afwissend rond m'n tenen en m'n enkels klotste in de schoenen.. Ik denk niet dat ik uiteindelijk nog iets aan had wat droog was..

Toen we aankwamen bij de BBQ bleek er een groot zeil gespannen te zijn en daar konden we in ons natte goed onder gaan zitten... De speklappen roken heerlijk. De kaas was weer net zo lekker als vorig jaar. Het wijntje hadden we verdiend! De stemming was weer opperbest en we lieten het ons prima smaken. Nu moet je bij het begrip BBQ niet te Nederlands denken.. Het is hier een bergdorp dus sober dwz.: heerlijk mals, alvast in hanteerbare stukjes geknipt, vlees, stevige plakjes bruinbrood en een servetje. We doen hier niet aan sausjes.. salades.. borden.. bestek.. Maar iedereen zit naast elkaar op houten banken zich tegoed te doen aan enorme porties vlees die net om de hoek bij het stalletje van de slager is gekocht en dan centraal door de meesterBBQkok is gebraden. En dat eten doen ze al kluivend zo uit de tien geboden! Het was wederom een speciale gebeurtenis waar we allemaal van genoten en we waren inmiddels zo aan de natte broeken en sokken gewend dat we aangekomen op de camping eerst nog met z'n allen de bar binnenschoven voor een afzakkertje! Het was ook wel bijzonder dat de bezetting op de camping alleen uit Brabanders bestond en de eigenaren zijn ook ooit uit Bladel vertrokken dus er kon gewoon in het Brabants worden gekletst!

Verder aten we ook nog een keer mee op de camping. Gerard kan heerlijk koken, wisten we nog van eerdere keren en ook nu werd dat weer bevestigd! En het is ook erg gezellig om weer eens met andere mensen aan tafel te zitten, we zijn nu natuurlijk al weer heel wat weken op pad en weer eens een ander praatje tijdens de maaltijd is dan wel gezellig!

Maar het weer gaat ook hier veranderen. De herfst is duidelijk aangekomen. De temperaturen liggen vanaf zondag duidelijk een paar graden lager. We hebben zelfs de kachel al een keer aangehad. Nu zitten we hier op de camping op 580 m hoogte en dat maakt het natuurlijk 's nachts ook wat kouder. We hebben ons hier weer helemaal thuis gevoelt! Er zijn nog wandelingen in ontwikkeling en er zitten er ook nog in het boek die wij nog niet gedaan hebben dus we gaan hier vast nog een keertje neerstrijken! Het plan is nu om morgen, 17 oktober, naar SALAMANCA te rijden. Dat is een mooie stad en misschien kan Gert daar een nieuwe fietsband kopen want z'n buitenband bleek helemaal naar de vaantjes..